Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1939

[p. 127]

Verslagen

[p. 129]

Verslag van de jaarlijksche vergadering te Leiden 21 juni 1939

De beschrijvingsbrief luidde:

Mei 1939.

M.

Het Bestuur van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde noodigt U uit tot het bijwonen van de jaarlijksche vergadering op

Woensdag den 21sten Juni 1939 klokke elf in ‘'t Schuttershof’, Stationsweg 55 te Leiden.

De orde der werkzaamheden is als volgt:

I. Opening der vergadering met een toespraak door den voorzitter, den heer dr Jan de Vries.

II. Verslag van den staat der Maatschappij en van hare belangrijkste lotgevallen en handelingen gedurende het jaar 1938/'39.

III. Verslag van den staat der bibliotheek gedurende hetzelfde tijdsverloop.

IV. Verslag omtrent de rekening en verantwoording van den penningmeester.

V. Verslag van de commissie voor taal- en letterkunde.

VI. Verslag van de commissie voor geschied- en oudheidkunde.

VII. Verslag van de commissie voor schoone letteren.

VIII. Verslag van de commissie voor het Folkloristisch Archief.

IX. Verslag van de commissie voor de uitgaaf van geschriften.

X. Mededeeling van de voordracht door de commissie voor taal- en letterkunde, naar aanleiding van art. 58 der wet, tot toekenning van een prijs van meesterschap groot ƒ 1000.- en voorstel van het bestuur om dien prijs toe te kennen.

XI. Stemming over de toekenning van den jaarlijks uitgeloofden prijs van aanmoediging, geheeten ‘C.W. Van Der Hoogtprijs’.

XII. Bekendmaking van het werk, dat het bestuur, op advies van de commissie voor de rubriek biographie en cultuurgeschiedenis met den ‘Dr Wynaendts Francken-prijs’ groot ƒ 500.-, bekroond heeft.

XIII. Bekendmaking van den uitslag der stemming over de te benoemen gewone en buitengewone leden (zie bijlage).

Ieder gewoon lid is gerechtigd, zijn stem uit te brengen omtrent de vraag, welke leden zullen worden benoemd. Zij die van dat recht gebruik maken, zorgen dat het hun nevens de candidatenlijst toegezonden stembiljet, duidelijk ingevuld en met hun

[p. 130]

naam onderteekend, uiterlijk 24 uur voor den aanvang der jaarlijksche vergadering is ingekomen bij den secretaris. Een in de voorafgaande maandvergadering te benoemen commissie van te Leiden of in de naaste omgeving van Leiden woonachtige leden, maakt den uitslag der stemming den avond te voren op en deelt dien aan de vergadering mede (wetsart. 8).

Zie blz. 246 van het laatste Jaarboek over de invulling der stembiljetten.

XIV. Voorstel om een bedrag van ten hoogste ƒ 200.- uit het Vaste Fonds gedurende 5 jaren beschikbaar te stellen ten behoeve van de commissie voor de uitgaaf van geschriften.

XV. Voorstel om ƒ 150.- uit het Vaste Fonds beschikbaar te stellen ten behoeve van den Leidschen Taalatlas.

XVI. Voorstel om een subsidie van ƒ 100.- te verleenen voor het verwerven van de Bibliotheca Neerlandica Manuscripta van prof. de Vreese.

XVII. Voorstel om een jaarlijksch pensioen van ƒ 25.- toe te kennen aan den bode J.H. Looman.

Pauze Koffiedrinken.

XVIII. Voordracht van Mr J. Linthorst Homan, ‘Eenige beschouwingen over de waarde van het provinciaal besef in de drie noordelijke provinciën’.

XIX. Wijziging van verschillende artikelen der wet:

Het opschrift van hoofdstuk II komt te luiden: ‘Over de leden en de begunstigers’.

Nieuw art. 5a: 1. Het bestuur is bevoegd tot de benoeming van begunstigers. 2. De begunstigers, die hun benoeming hebben aangenomen, ontvangen van het bestuur het bewijs hunner benoeming benevens een exemplaar der wet. 3. De begunstigers hebben de rechten der gewone leden. In het eerste lid van art. 9 vervallen de woorden: mits niet minder dan een vierde van het aantal der ingekomen stembriefjes.

Art. 12. Aan het eerste lid wordt het volgende toegevoegd: Indien van een gezin beide echtgenooten gewoon lid zijn, betaalt een hunner de halve contributie.

Aan dit artikel wordt een derde lid toegevoegd, luidende: De begunstigers betalen hetzij een jaarlijksche bijdrage, welke zij zelf bepalen, echter met een minimum van ƒ 100.-, hetzij een bijdrage van ten minste ƒ 1000.- ineens.

Art. 41. Hierin te lezen: alle leden en begunstigers.

Art. 46 lid 1: Hierin te lezen: roept de secretaris de leden en begunstigers, die te Leiden of in de nabijheid wonen, ten minste een week te voren schriftelijk op met opgave van de punten ter behandeling. De overige leden en begunstigers worden alleen enz.; idem lid 2. Hierin te lezen: dan worden tot het bijwonen daarvan, behalve de leden en begunstigers, die krachtens het eerste lid schriftelijk worden opgeroepen, tevens die leden en begunstigers opgeroepen enz.

Art. 47 lid 1. Hierin te lezen: hetzij te Leiden of elders binnen het Nederlandsch taalgebied.

Art. 50 lid 2. Hierin te lezen: worden alle leden en begunstigers.

Art. 59 lid 1. Hierin te lezen: Fonds voor den Lucie B. en C.W. Van der Hoogt-prijs.

Art. 67 lid 2. Hierin te lezen: bevat de lijst van leden en begunstigers.

Art. 71 lid 1. Hierin te lezen: Elk lid en elke begunstiger.

Idem lid 2. Hierin te lezen: zijn voor de eereleden en de begunstigers om niet en voor de leden tegen een enz.

Idem lid 3. Hierin te lezen: hebben de leden en begunstigers.

[p. 131]

Toelichting: Begunstigers. De verhoogde activiteit, welke de Maatschappij op verschillend gebied ontplooit, maakt het gewenscht dat nieuwe inkomsten worden gevonden, wil de Maatschappij behoorlijk aan haar doel blijven beantwoorden. Het bestuur meent die nieuwe inkomsten te moeten vinden door het instituut van ‘begunstigers’, gelijk ook andere lichamen in ons land dat kennen.

Het bestuur vertrouwt, dat een aantal vooraanstaande personen op het gebied van handel, nijverheid, scheepvaart, bankwezen, enz. met belangstelling voor de taak der Maatschappij zal worden gevonden, bereid als begunstigers toe te treden. Daar bij de benoeming van deze begunstigers andere factoren dan zuiver letterkundige den doorslag moeten geven, meent het bestuur, de benoeming dezer begunstigers aan zich te moeten houden, terwijl het bestuur tevens van meening is, dat deze begunstigers, evenals de eereleden, de rechten van gewone leden behooren te hebben.

Daar de Wet hierin niet voorziet zijn de noodige wijzigingen in de Wet ontworpen ten einde de benoeming van begunstigers mogelijk te maken en de desbetreffende artikelen aan dit nieuwe instituut aan te passen. Van deze gelegenheid is tevens gebruik gemaakt om een kleine fout te herstellen in de artt. 46, 1e en 2e lid, 50, 2e lid en 71, 1e lid. Daarin moet n.l. niet worden gsproken van ‘gewone leden’ maar van ‘leden’; immers, de buitengewone leden en de eereleden hebben evenzeer het recht tot bijwoning van de vergaderingen (zie artt. 5, 1e lid en 13, 2e lid) en ontvangen ook steeds het Jaarboek. In verband met het bovenstaande wordt invoeging van een nieuw art. 5a voorgesteld benevens wijziging van de artt. 12, 41, 46, 50, 67 en 71.

Benoeming der leden. Art. 9, 1e lid bepaalt, dat van de voorgedragen leden tot het bepaalde getal (dat dus een maximum is) benoemd worden zij, die de meeste stemmen, mits niet minder dan een vierde van het aantal der ingekomen stembriefjes op zich vereenigd hebben.

De restrictie, welke de gecursiveerde woorden bevatten, leidt er toe, dat herhaaldelijk het ‘bepaalde getal’ niet wordt bereikt en dat er dus vaak een wanverhouding ontstaat tusschen het aantal nieuwe leden en dat van hen, die in hetzelfde jaar door overlijden, bedanken, enz. aan de Maatschappij zijn ontvallen. Niet alleen is het noodig, dat het tekort aan leden steeds wordt aangevuld, ten einde de Maatschappij levenskrachtig te houden, maar ook dient een natuurlijk gevolg van den bevolkingsaanwas te zijn, dat ook het ledental der Maatschappij gestadig grooter wordt. Om deze reden wordt voorgesteld bovengenoemde restrictie te schrappen. Het bestuur stelt voldoende vertrouwen in de leden, dat zij slechts die personen zullen voordragen als lid, die daarvoor de noodige verdiensten bezitten; of de voorgedragenen dan al of niet minder dan een vierde der stemmen behalen, acht het bestuur van te gering belang om deze restrictie te handhaven. De bepaling blijft echter, dat tot het bepaalde getal zij, die de meeste stemmen verkregen, benoemd worden.

Contributie. Reeds lang werd het ongewenschte gevoeld, dat echtgenooten, beiden lid, de volle contributie moeten betalen. Vaak beteekent dit een zwaren last. Het bestuur meende hieraan tegemoet te moeten komen door voor te stellen, dat in zulk een geval een der echtgenooten de halve contributie betaalt; vandaar de voorgestelde aanvulling van art. 12.

Plaats der maandelijksche vergaderingen. Zooals art. 37 lid 1 thans luidt, moeten de maandelijksche vergaderingen in Leiden of elders in Nederland worden gehouden. De voorgestelde wijziging dient om het mogelijk te maken, dat ook elders in het Nederlandsch taalgebied deze vergaderingen kunnen worden gehouden; daarbij is in de eerste plaats gedacht aan Vlaanderen, waar zoovele leden der Maatschappij wonen.

De naam van het Van der Hoogt-fonds. De heer Dirk Coster wees het bestuur er op dat het fonds den naam behoorde te dragen van mevrouw Van der Hoogt, overeenkom-

[p. 132]

stig den uitgesproken wensch van den stichter; maar ook, dat diens echtgenoote er bezwaar tegen zou hebben gehad den naam van haar man geheel weg te laten.

XX. Vaststelling van de jaarlijksche bijdrage (wetsart. 12). Het bestuur stelt voor deze te handhaven op ƒ 10.-.

XXI. Verkiezing van twee bestuursleden (wetsart. 23; zie het bijgevoegde stembiljet).

XXII. Verkiezing van leden in vaste commissiën (wetsartt. 56 en 63; zie het bijgevoegde stembiljet).

XXIII. Verkiezing van een voorzitter.

XXIV. Rondvraag.

Tegenwoordig zijn de volgende 115 leden: De Backer, Baur, Bax, Beets-Damsté, Bense, Bezemer, De Bie, Bierens de Haan, Blancquaert, Van Blankenstein, De Blécourt, Bloem, De Bock, Boeke, Boldingh-Goemans, Bothenius Brouwer, Bottenheim, Brouwer, Brummel, Burgersdijk, Bijvanck, Cannegieter, Colenbrander, Damsté, Dekker, Dominicus, Drion, Van Dullemen-de Wit, Duyvendak, Van Eck, Eerdbeek-Claasen, Van der Feen, Fockema Andreae, Folkers, De Gelder, Geyl, De Graaff, 's Gravesande Pannekoek, De Groot, Grootaers, Ter Haar, Van Haeringen, Van Ham, Heeroma, Van Hille, Van Hille-Gaerthé, Hugenholtz-Van Lokhorst, Hulsman, Hunger, J. Kalff, Kessen, De Keyser, Klautz, L. Knappert, Korevaar-Hesseling, Korff, Kossmann, Kroes, Kroes-Ligtenberg, Krom, Kronenberg, Kroon, Laman Trip-de Beaufort, Van Lessen, Lieftinck, Margadant, Meertens, Mees-Verwey, De Meyere, De Meyier, Van Mierlo, Mollema, Muller, Muusses, M. Nyhoff, Oudschans Dentz, Van der Pot, Van Prooye-Salomons, Reddingius, Van Rhijn-Naeff, Riemens, Robbers, Romein, Romein-Verschoor, Van Ronkel, Roukens, Van Rijnbach, Van Schaik-Willingh, Serrurier, Sevensma, Sevenster, Slagter, W.A.P. Smit, Sneller, Van Son, Stapel, Stokvis, Stuiveling, Szekely-Lulofs, Tielrooy, Timmermans, H. Valkhoff, Verburgt, Verdenius, Verdoes, De Vooys, J. de Vries, De Vries-Vogel, Van Wageningen-Salomons, Warnsinck, Wynaendts Francken, Van Wijngaerden, Van Zeggelen, Zijderveld.