piëteit voor zijn vader, liefde tot zijn land en eigen plichtbesef’, aldus dr G. Kalff (Hand. 1920/'21 blz. II) ‘is hem van lieverlede een toewijding aan onze Maatschappij gegroeid, die zelden geëvenaard is. Den tijd dien zijn omvangrijke taak als bibliothecaris en buitengewoon hoogleeraar hem liet, besteedde hij liefst en meest in haar dienst; geen concert of tooneelvoorstelling ging hem boven zijne briefwisseling ten behoeve van ‘Letterkunde’ of het onderzoek van haar verleden ten nutte van haar heden. Wie kende hare wet en hare geschiedenis als hij? Die kennis stelde hem in staat den Voorzitter van advies te dienen, naast den Penningmeester te waken voor de geldmiddelen, met den Bibliothecaris de belangen der boekerij te behartigen, met deze beiden een vaste kern te vormen waaromheen de telkens wisselende Besturen zich konden groepeeren. Zoo heeft hij ‘Letterkunde’ bijna vijfentwintig jaar gediend, als een majordomo eener aanzienlijke vrouw van oud geslacht, die de eer en de traditiën van haar huis hoog hield, die zijn grooten invloed aanwendde slechts in haar belang, die haar waardiglijk vertegenwoordigde naar buiten, die zijn meesteresse slechts begeven heeft omdat zijne krachten hem begaven.’
Overleden zijn verder:
de Haagse oud-rector dr Th. P.H. Van Aalst;
de Vondelkenner dr H.C. Diferee;
de Valkenburgse oud-wethouder Th. Dorren, schrijver van een ‘Woordenlijst uit het Valkenburgsch plat’;
de katoenfabrikant en kenner der industriëele geschiedenis van Leiden F.H.A. Driessen;
dr P. Endt, letterkundige en directeur der Wereldbibliotheek;
dr P. Feenstra, een van de leidende figuren van de Doopsgezinde Societeit;
de historicus dr P. Haak;
de Amsterdamse hoogleeraar dr F.W. Hudig;
de Ierse schrijver dr J. Irwin Brown, oud-predikant bij de Schotse gemeente te Rotterdam;
de Nijmeegse hoogleeraar voor geschiedenis dr W.J. Mulder S.J.;
de geograaf R. Schuiling;
dr C. Snouck Hurgonje, Islam-kenner van wereldvermaardheid;
de Amsterdamse bibliothecaris en hoogleeraar dr J.S. Theissen;
de generaal J.C.C. Tonnet;
de Groninger hoogleeraar in de theologie dr A. Van Veldhuizen;