Bijlage IV Verslag der commissie voor taal- en letterkunde
Als vanouds, heeft de Commissie van September af tot en met Mei elke maand geregeld vergaderd. Voorzitter was de heer J. de Vries, secretaris de heer Willem de Vreese.
In de vergadering van September 1934 heeft de heer G.G. Kloeke, benoemd in de plaats van wijlen den heer J.H. Kern, zitting genomen.
De Commissie heeft in de eerste plaats haar zorgen gewijd aan de Redactie van het Tijdschrift voor Nederlandsche Taal- en Letterkunde, waarvan het 53ste deel voltooid werd en de eerste aflevering van het 54ste verscheen. Besprekingen met de firma Brill, om het tijdschrift een bevalliger uitzicht te geven en meer bekendheid in binnen- en buitenland te verschaffen, leidden tot een gunstigen uitslag. De Redactie besloot, dat voortaan nieuw verschenen boeken, die daarvoor naar haar oordeel in aanmerking komen, zullen worden gerecenseerd; aan het slot van elke aflevering zal een lijst van ingekomen boekwerken worden toegevoegd. Sedert de maand Februari heeft de heer Kloeke den heer Beets, zoolang diens ziekte duurt, als verzorger van het Tijdschrift vervangen.
Het verzoek van het Bestuur der Maatschappij, te mogen vernemen ‘welke belangrijke uitgaven op het terrein onzer Commissie door de Maatschappij zouden zijn te ondernemen’, is door de Commissie beantwoord.
Verder werden de volgende wetenschappelijke mededeelingen gehouden:
1o. Over de Allegorie in den Renaissancetijd, door den heer Zijderveld.
2o. Over het woord spijs in verschillende beteekenissen, door den heer Knuttel.
3o. Over het onuitgegeven gedicht van de Genestet, Triumfzang van den theoloog, en over het woord boen, door den heer Van Rijnbach.
4o. Over de inrichting en mogelijke uitvoering van een Corpus