Bijlage VI
Verslag van de commissie voor taal- en letterkunde
In het afgeloopen genootschapsjaar heeft de Commissie negen maal vergaderd, onder voorzitterschap van den heer Van Rijnbach, wien gedurende een langdurige ongesteldheid van dezen, de heer Muller verving. Secretaris was de heer Heinsius. In de plaats van den heer Van der Meulen die zich, gelijk in het verslag van verleden jaar is vermeld, tot ons leedwezen genoopt had gezien, zijn lidmaatschap neer te leggen, nam de heer Zijderveld, in de Jaarlijksche Vergadering daartoe gekozen, als ons medelid zitting.
Van het door de Maatschappij uitgegeven, door onze Commissie geredigeerde Tijdschrift voor Nederlandsche Taal- en Letterkunde is het 51ste deel in 1932 gereedgekomen; van het 52ste is thans de eerste aflevering verschenen. Het register op de deelen XXVI tot L, waarvan wij de aanstaande verschijning en de naderende voltooiing in onze jaarverslagen van 1932 en 1932 aankondigden, is thans gedrukt en verkrijgbaar.
In ons verslag van het vorige jaar konden wij melding maken van gunstige vooruitzichten voor de voortzetting van de reeks herdrukken onzer Maatschappij, maar het is ons, tot onze teleurstelling, sedert gebleken dat de heer Oosthoek bezwaar heeft tegen het voortzetten van die reeks.
In onze vergaderingen zijn de volgende wetenschappelijke mededeelingen gedaan.
De heer Van Rijnbach bepleitte de wenschelijkheid van wat hij noemde een Bredero voor den vakman, te weten een historisch en philologisch critische uitgaaf van Bredero's werken, waaraan, ter vervanging van de Binger-editie, een dringende behoefte is.
De heer De Vreese vestigde, met een aantal voorbeelden, de aandacht op de zeer vele foutieve lezingen in de uitgaven van de meeste Middelnederlandsche teksten, waardoor die uitgaven voor 't bestudeeren van grammatica en dialect onbetrouwbaar en dus onbruikbaar zijn.
De heer Heinsius handelde 1o over: het gebruik van tegenwoordige deelwoorden in hun eigen functie en als adjectief in onze taal; 2o over: een vermeend geval van 't voorkomen van een imperatief met praeteritum-beteekenis in 't Nederlandsch;