eeniging die Haghe en de heeren Hoynck van Papendrecht, Kronenberg en Sigal; op dat der vaderlandsche kerkgeschiedenis door de Algemeene Synode der Ned. Hervormde Kerk en de heeren Lasonder, J. Loosjes en Wiersum. Hunne geschriften over Nederlandsch-Indië zonden ons Mej. Vissering en de heeren Kunst en Nederburg; de heer Oudschans Dentz zond ons zijn werkje over Suriname. Bio- en bibliographische werken mochten wij voorts ontvangen van A.W. Sijthoff's Uitgeversmaatschappij, mej. de Man en de heeren Lindo en Rademaker, terwijl de heer Knudsen uit Kopenhagen ons eenige zijner cartographische werken deed toekomen. Fransche boeken kregen wij van de heeren Fransen en Premsela.
Verschillende boeken werden ons nog geschonken door Dr. A. Beets, en wijlen onze medeleden J.B. van Loenen en R.J. Schierbeek RJzn vermaakten aan onze Maatschappij een aantal werken die onze bibliotheek nog niet bezat.
Aangekocht werden dit jaar onder meer de derde druk van het Etymologisch Woordenboek der Nederlandsche Taal van Vercouillie, het Nieuw Groninger Woordenboek van K. ter Laan, de Dialectatlas van Klein-Brabant, de Niederländische Akten und Urkunden zur Geschichte der Hanse, het Zilveren Getij enz., alsmede een groot aantal werken van Noord- en Zuidnederlandsche moderne schrijvers en schrijfsters.
Van de tijdschriften en genootschapswerken ontvingen wij dit jaar voor het eerst ten geschenke of in ruil: het Jaarverslag der Vereeniging voor Terpenonderzoek, de Verslagen omtrent de Kerkelijke Archieven, de Publicaties van den Oudheidkundigen Dienst in Nederlandsch-Indië, het Hannoverisches Magazin en het Jahresbericht der Estnischen Philologie und Geschichte. Wij abonneerden ons op het Friesche tijdschrift De Holder en op het Bulletijn der Vereeniging van Antwerpsche Bibliophilen: De Gulden Passer.
Een geschenk van bijzonderen aard deden ons de weduwe en de kinderen van wijlen ons eerelid Prof. Verdam, bestaande in het schriftelijk apparaat voor het Supplement van het Middelnederlandsch Woordenboek, berustende in de kast indertijd door Prof. Verdam aan onze Maatschappij gelegateerd, in de hoop en het vertrouwen dat het onze Maatschappij te eeniger tijd moge gelukken iemand te vinden, die de bekwaamheid bezit en in de gelegenheid is deze kostbare bouwstoffen te bewerken. Inmiddels zal het aan deskundigen vrijstaan dit apparaat op de Universiteitsbibliotheek te raadplegen. Dat wij dit geschenk en tevens dit blijk van groot vertrouwen ten zeerste op prijs stellen, behoeft wel geen betoog.
Ten slotte betuig ik hier gaarne mijn dank aan Bibliotheekcommissie en directie der Universiteitsbibliotheek voor haar zeer gewaardeerde medewerking aan de belangen onzer boekerij.