Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1918

[p. 1]

Verslag van de jaarlijksche vergadering, gehouden te Leiden op den 12^den Juni 1918.

De Beschrijvingsbrief luidde aldus:

Leiden, den 16^den Mei 1918.

M.

Bij dezen heb ik de eer U uit te noodigen tot het bijwonen der Jaarlijksche Vergadering van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden, die gehouden zal worden op Woensdag den 12^den Juni, des voormiddags klokke elf uren, in het gebouw der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen, Steenschuur alhier.

De orde der werkzaamheden is als volgt:

I.

Opening der Vergadering door den Voorzitter, Dr. K. Sneyders de Vogel, met eene toespraak.

II.^*

Voordracht van Pater B. Kruitwagen: ‘De uitvinding van de boekdrukkunst en hare eerste voortbrengselen’ (met lichtbeelden).

III.

Verslag van den staat der Maatschappij en van hare belangrijkste lotgevallen en handelingen gedurende het afgeloopen jaar.

IV.

Verslag van den staat der Boekverzameling gedurende hetzelfde tijdsverloop.

V.

Verslag omtrent de rekening en verantwoording van den Penningmeester.

* Het Bestuur zal voorstellen de behandeling van punt II uit te stellen tot na de pauze (na punt VIII).

[p. 2]

VI.

Verslag der Commissie voor Taal- en Letterkunde.

VII.

Verslag der Commissie voor Geschied- en Oudheidkunde.

VIII.

Bekendmaking van den uitslag der stemming over de te benoemen gewone en buitenlandsche leden.

IX.

Voorstel van de Maandelijksche Vergadering om uit de beschikbare renten van het Fonds te verleenen:

a. alsnog fl. 300 voor de kosten der onlangs verschenen Bellamy-uitgaaf bewerkt door Mej. Dr. J.A. Nijland.

b. fl. 50 voor den Bond Heemschut.

X.

Verkiezing van twee Bestuursleden in de plaats van de Heeren Dr. J. Verdam en J.F.M. Sterck die aan de beurt van aftreden zijn. De door de Maandelijksche Vergadering voorgedragen dubbeltallen zijn:

1. a. Dr. J.J.G. Vürtheim.

b. Dr. D.C. Hesseling.

2. a. Johanna W.A. Naber.

b. Dr. J. van der Valk.

XI.

Verkiezing van een Secretaris in de plaats van den volgens art. 23 der Wet aftredenden titularis. Het door de Maandelijksche Vergadering voorgedragen dubbeltal is:

a. Dr. S.G. de Vries.

b. Dr. G.J. Boekenoogen.

Namens het Bestuur, S.G. de Vries, Secretaris.

De Vergadering wordt bijgewoond door de Bestuursleden: K. Sneyders de Vogel, Voorzitter, J. Heinsius, Penningmeester, J. Verdam, J. Huizinga, J.W. Muller, Ch. R. Bakhuizen van den Brink, L. Knappert, J.F.M. Sterck, S.G. de Vries, Secretaris, door L.D. Petit, Bibliothecaris, door de gewone Leden: B. Kruitwagen, J. Herderscheê, W.P. Kops, F.A. Liefrinck, R. van der Meulen Rz., A. Beets, Ph. S. van Ronkel, J.C.G. Jonker, C. Snouck Hurgronje, I.A. Nederburgh, J.E. Kroon, K.H. Roessingh, D. Plooy, W. Draaijer, P.A.A. Boeser. N.J. Beversen,

[p. 3]

J. Bosboom Nz., G. Hulsman, J.S. Theissen, C. Peltenburg Pz., J. Kleyntjens, C.H. Ph. Meyer, H.F.M. Huybers, G.J. Heering, D.C. Hesseling, W.F. Leemans, W.P. van Stockum Jr., H.M. Werner, A. Eekhof, N. van Wijk, C.H. Ebbinge Wubben, E. van Biema, Mej. A. Salomons, Mej. C. Serrurier, G. Kalff, N.J. Krom, G.J. Dozy, W.J.M. Mulder, Leo van Puyvelde, A.G. van Hamel, J.L. Walch, K.J.L. Alberdingk Thijm, H.E. van Gelder, Mej. M.E. Kronenberg, Mevr. E.H. Korevaar-Hesseling, Mej. E. Neurdenburg, Mej. C.M. Vissering, Mej. A.G. de Leeuw, Mevr. M.C. Kooy-Van Zeggelen, Mevr. J.M. Sterck-Proot, Mevr. J. van Ammers-Küller, Mej. A.L. Oppenheim, Mevr. Th. Hoven, Mej. J.W.A. Naber, J.H. Abendanon, L.A. Kesper, J.C. Overvoorde, P.C. Molhuysen, H.E.J.M. van der Velden, E. Wiersum, Mej. A. van der Flier, A.W. Weissman, F. Pijper, J.C. Ramaer, C.J. Wijnaendts Francken, Mej. B.M. van der Stempel, C.P. Burger Jr., G.J. Boekenoogen, M.W. de Visser, W.J.J.C. Bijleveld, Dirk Coster, J.B. Breukelman, C.G. Kaakebeen.

I. De Voorzitter de Heer Dr. K. Sneyders de Vogel opent te elf uren de Vergadering met eene toespraak, door hem ter uitgaaf afgestaan en hierachter gedrukt (Bijlage I).

II. Op voorstel van het Bestuur wordt besloten eerst punt III-VIII van den Beschrijvingsbrief en eerst daarna II te behandelen.

III-IV. Door den Secretaris en den Bibliothecaris worden hunne jaarverslagen voorgelezen. Beide worden in dank aanvaard voor de Handelingen (hierachter, Bijlagen III-IV).

Naar aanleiding van laatstgenoemd verslag wijst de Voorzitter er op dat dit het 25^ste jaarverslag is door den Bibliothecaris voorgedragen, en brengt hem uit naam der Vergadering hulde voor alles wat hij gedurende 25 jaren met groote toewijding voor de bibliotheek der Maatschappij heeft verricht. Hierop wordt het woord verleend aan den Heer Dr. C.P. Burger Jr. die verklaart dat een groot aantal leden met eenige oud-leden en niet-leden der Maatschappij zich vereenigd hebben om op dezen gedenkdag den Bibliothecaris hunne sympathie te betoonen. Uit aller naam betuigt hij den jubilaris hartelijken dank voor zijn vele werk ten nutte der bibliotheek en der zeer velen die de voortreffelijk en praktisch bewerkte boeken van den Heer Petit bijna dagelijks gebruiken. Als teeken van dank en hulde biedt de Heer Burger hem eene fraai bewerkte oorkonde aan met eene lijst der deelnemers en eene som gelds die hem in staat moge stellen zich ook verder ongestoord te blijven wijden aan zijn register op de gedrukte pamfletcatalogi, dat zooveel omvangrijker wordt dan aanvankelijk was geraamd, toen daarvoor eene toelage uit het Vaste Fonds werd verleend.

Na deze toespraak waarop een luid applaus der Vergadering

[p. 4]

volgde, betuigt de Heer Petit zijn hartelijken dank zoowel aan den Voorzitter als aan den Heer Burger en aan alle deelnemers aan dit huldeblijk. Hij verheugt zich zeer in de hem betoonde sympathie en herdenkt daarbij met groote dankbaarheid hen die hem steunden bij zijn werk ten bate der bibliotheek, in het bijzonder wijlen den Heer James de Fremery die in den waren zin des woords een ‘Maecenas’ voor haar is geweest.

V. Namens de Commissie, bestaande uit HH. Dr. C.H. Ph. Meyer en Dr. Ph. S. van Ronkel, in de Maandvergadering van 5 April benoemd tot nazien der rekening en verantwoording van den Penningmeester (zie Bijlage V), bericht de Heer Meyer, dat zij alles nauwkeurig hebben nagegaan en in de beste orde bevonden, zoodat zij konden voorstellen hem onder dankzegging te ontlasten. Waartoe besloten werd. In 't bijzonder wijst de Commissie nog op het heuglijk feit, dat het kapitaal van het Vaste Fonds behalve door bijschrijving van rente nog belangrijk vermeerderd werd door eene dankbaar aanvaarde gift van 1000 gld. van een onbekende, zich noemend ‘een gewoon lid der Maatschappij.’

De Voorzitter betuigt den dank der Vergadering aan de Commissie voor hare werkzaamheid en aan den Penningmeester voor zijn nauwgezet beheer.

VI-VII. De Jaarverslagen der Commissiën voor Taal- en Letterkunde en voor Geschied- en Oudheidkunde worden door de Secretarissen HH. Dr. G.J. Boekenoogen en Dr. A. Eekhof voorgelezen en beide in dank aanvaard voor de Handelingen (Bijlagen VI-VII).

VIII. Namens de Commissie voor stemopneming, in de Maandvergadering van 3 Mei benoemd, doet de Heer Dr. J.E. Kroon mededeeling van den uitslag der stemming gehouden ter verkiezing van nieuwe leden der Maatschappij, nl. volgens besluit dier Maandvergadering, 25 gewone en 2 buitenlandsche leden. De Commissie waarin met den Heer Kroon zitting hadden HH. W.J.J.C. Bijleveld, Dr. G.J. Boekenoogen, Dr. A. Eekhof, Dr. G.J. Heering, Dr. R. van der Meulen Rz., C. Peltenburg Pz., Dr. K.H. Roessingh en Dr. S.G. de Vries, heeft uit handen van den Secretaris ontvangen 248 stembiljetten waarvan één als nietonderteekend, van onwaarde moest worden verklaard. Gekozen zijn (in alphabetische volgorde):

Gewone Leden:

Dr. W.J. Aalders te Groningen.

Dr. M. Boas te Amsterdam.

E. Boulan te Groningen.

Ed. Th. J. Brom te Amsterdam.

H.M. Dekking te Rotterdam.

Mej. Christine Doorman te Utrecht.

J.C. van Eerde te Amsterdam.

Jonkvr. C. Engelen te Zutphen.

[p. 5]

C.H. van Fenema te Oosterbeek.

Dr. P.C.A. Geyl te Londen.

Mr. H. van Goudoever te Groningen.

Mr. A.H.M.J. van Kan te Leiden.

J.A.F. Kronenburg, C. SS. R. te Roermond.

Mr. J. Kunst te Amsterdam.

Dr. R. Ligtenberg, O.F.M. te Woerden.

Mr. A. Loosjes te Amsterdam.

Mr. H.A. Lorentz te Kaapstad.

Mej. Fenna de Meyier te 's-Gravenhage.

Frans Mijnssen te Amsterdam.

Dr. M. van Rhijn te Driebergen.

T.B. Roorda te Aerdenhout.

J.H. Speenhoff te Rotterdam.

Dr. N.B. Tenhaeff te 's-Gravenhage.

H.D. Tjeenk Willink Jr. te Haarlem.

C. de Waard Sr. te Middelburg.

Buitenlandsche Leden:

André de Ridder, tijdelijk te Amsterdam.

Karel van de Woestijne te Laeken.

De Voorzitter betuigt den dank der Vergadering aan den Heer Kroon en aan zijne medeleden der Commissie voor stemopneming en verklaart daarop de Vergadering voor ongeveer een uur geschorst.

II. Na heropening der Vergadering wordt het woord verleend aan Pater B. Kruitwagen voor zijne onder n^o. II aangekondigde voordracht: ‘De uitvinding van de boekdrukkunst en hare eerste voortbrengselen’ (met lichtbeelden). Na deze voordracht betuigt de Voorzitter den Heer Kruitwagen onder luide teekenen van instemming der Vergadering, hartelijken dank en verzoekt hem zijne voordracht te willen afstaan ter uitgaaf in de ‘Handelingen’. De Spreker verklaart zich bereid dit verzoek in overweging te nemen. Sedert heeft de Heer Kruitwagen welwillend er in toegestemd, dat de voordracht hierachter (Bijlage II) zou worden gedrukt.

IX. De beide voorstellen van de Maandelijksche Vergadering om uit de beschikbare renten van het Fonds te verleenen:

a. alsnog fl. 300 voor de kosten der onlangs verschenen Bellamy-uitgaaf bewerkt door Mej. Dr. J.A. Nijland.

b. fl. 50 voor den Bond Heemschut, worden na eenige toelichting door den Voorzitter gegeven, met algemeene stemmen aangenomen.

X-XI. Bij de hierop volgende verkiezingen worden tot Bestuursleden benoemd de Heer Dr. J.J.G. Vürtheim en Mej. J.W.A. Naber en wordt als Secretaris herbenoemd de Heer Dr. S.G. de Vries. Mej. Naber en de Heer De Vries, ter Vergadering aanwezig, verklaren de benoeming aan te nemen. De Voorzitter

[p. 6]

betuigt den dank der Vergadering aan de beide aftredende Bestuursleden, eerst aan den Heer J.F.M. Sterck die in het Bestuur, vooral gedurende het jaar waarin hij als Voorzitter werkzaam was, zich zeer verdienstelijk heeft gemaakt. Daarna zich richtende tot den Heer Dr. J. Verdam spreekt de Voorzitter zijn hartelijken dank uit voor de groote en zeer bijzondere diensten door hem aan de Maatschappij bewezen, niet alleen als Bestuurslid en Voorzitter, maar ook in vele andere opzichten, overal waar zijne warme liefde voor de Maatschappij zich in daden kon betoonen. Uit naam van het geheele Bestuur met uitzondering van den Heer Verdam zelf die hiervan onkundig was gelaten, stelt de Voorzitter thans voor: den Heer Verdam hulde en dank te betuigen door hem te verzoeken het eerelidmaatschap der Maatschappij te aanvaarden. Dit voorstel wordt met luid en langdurig gejuich door de Vergadering begroet en aangenomen. De Heer Verdam verklaart zeer getroffen te zijn door dit bijzonder eerbewijs dat door hem op zeer hoogen prijs wordt gesteld en met hartelijken dank door hem wordt aanvaard.

Bij de hierop volgende rondvraag maakt de Heer H.M. Werner zich tot tolk der aanwezigen door het uitspreken van dank aan den Voorzitter voor zijne leiding der Vergadering.

De Heer Dr. C.P. Burger Jr. beklaagt zich over het z.i. ongelukkig besluit van het Bestuur, de beide bundels Handelingen en Levensberichten tot één te vereenigen. Twee steeds afzonderlijk gehouden reeksen thans samen te voegen is onpraktisch en die maatregel zal veel last veroorzaken, vooral voor bibliothecarissen. Hij dringt er dus op aan dat op dit besluit teruggekomen moge worden, of dat in elk geval twee afzonderlijke titelbladen worden gedrukt, ook nog voor den vorigen bundel.

De Voorzitter erkent het bezwaar aan bedoelden maatregel verbonden. Deze is het gevolg van bezuiniging die beslist noodzakelijk was en ook nu nog is, waar alle drukkosten zoo onmatig gestegen zijn. Het zal dus zonder versterking der geldmiddelen niet raadzaam zijn hierop terug te komen. Hij verklaart zich evenwel gaarne bereid nader door het Bestuur te doen overwegen wat in deze nog mogelijk zal zijn.

Hierop wordt de vergadering door den Voorzitter gesloten.