Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1914
(1914)– [tijdschrift] Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde [1901-2000]– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 1]
| |
Verslag van de jaarlijksche vergadering, gehouden te Leiden op den 10den Juni 1914.De Beschrijvingsbrief luidde aldus:
Leiden, den 18den Mei 1914.
M.
Bij dezen heb ik de eer U uit te noodigen tot het bijwonen der Jaarlijksche Vergadering van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden, die gehouden zal worden op Woensdag den 10den Juni, des voormiddags klokke elf uren, in het gebouw der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen, Steenschuur alhier. De orde der werkzaamheden is als volgt:
I.
Opening der Vergaderiag door den Voorzitier, Dr. G.J. Boekenoogen, met eene toespraak.
Voordracht van den Heer Prof. Dr. J. te Winkel: ‘Nicolaas Beets’.
III.
Verslag van den staat der Maatschappij en van hare belangrijkste lotgevallen en handelingen gedurende het afgeloopen jaar. | |
[pagina 2]
| |
IV.
Verslag van den staat der Boekverzameling gedurende hetzelfde tijdsverloop.
V.
Verslag omtrent de rekening en verantwoording van den Penningmeester.
VI.
Verslag der Commissie voor Taal- en Letterkunde.
VII.
Verslag der Commissie voor Geschied- en Oudheidkunde.
VIII.
Bekendmaking van den uitslag der stemming over de te benoemen gewone en buitenlandsche leden.
IX.
Voorstel van de Maandelijksche Vergadering om uit de renten van het Fonds een bedrag van ƒ 200 te verleenen man de Vereeniging ‘Hofwyck’ tot aankoop en onderhoud der buitenplaats van Const. Huygens te Voorburg.
X.
Verkiezing van een Bestuurslid in de plaats van het aftredende lid, den Heer Dr. P.J. Blok. Het door de Maandelijksche Vergadering voorgedragen dubbeltal bestaat uit de Heeren: a. Dr. L. Knappert. b. Dr. C.H. Th. Bussemaker.
XI.
Verkiezing van een Bibliothecaris in de plaats van den volgens art. 75 der Wet aftredenden titularis. Het door de Maandelijksche Vergadering voorgedragen dubbeltal bestaat uit de Heeren: a. L.D. Petit. b. Dr. D.C. Hesseling.
Namens het Bestuur, S.G. de Vries, Secretaris.
| |
[pagina 3]
| |
De Vergadering wordt bijgewoond door de Bestuursleden: G.J. Boekenoogen, Voorzitter, P.J. Blok, J. Heinsius, Penningmeester, J.H. Abendanon, J.F.M. Sterck, J. Verdam, S.G. de Vries, Secretaris, door L.D. Petit, Bibliothecaris, door de gewone Leden: J. te Winkel, A.G.C. van Duyl, Mevr. Th. van Duyl-Schwartze, C.H. Ebbinge Wubben, C. te Lintum, W.P. van Stockum Jr., C.J. Wijnaendts Francken, F.A. Liefrinck, A.J. Wensinck, P.A.A. Boeser, K. Sneyders de Vogel, Mevr. W. Wijnaendts Francken-Dyserinck, Mej. H.J.A. Ruys, E.C. Godée Molsbergen, L. Knappert, I.H. Gosses, S.P. Haak, F. Smit Kleine, H. IJ. Groenewegen, A. Beets, G.J. Dozy, W.P.C. Knuttel, D.C. Hesseling, W.J.J.C. Bijleveld, W.P. Kops, V. Loosjes, K. Vos, H.M. Werner, Ch. R. Bakhuizen van den Brink, C. Bake, H.E. van Gelder, C.H. Ph. Meyer, J. van der Valk, W.B. Kristensen, A. Eekhof, Mej. C. Serrurier, Mej. A.G. de Leeuw, Mej. A. Salomons, Mej. M.E. Kronenberg, W. Draaijer, J. Eysten, Mevr. Th. Hoven, Mej. A. van der Flier, Mej. H.S.S. Kuyper, W.J. Leendertz, H. Brugmans, G.J.W. Koolemans Beijnen, Mej. J.W.A. Naber, J.V. de Groot, J. Vürtheim, J. de Josselin de Jong, J.B. Breukelman, C.W. van der Pot Bz.
I. De Voorzitter de Heer Dr. G.J. Boekenoogen opent te elf uren de Vergadering met eene toespraak, door hem ter uitgave afgestaan en hierachter gedrukt (Bijlage I).
II. Op voorstel van het Bestuur wordt besloten eerst punt III-VIII van den Beschrijvingsbrief en eerst daarna II te behandelen.
III-IV. Door den Secretaris en den Bibliothecaris wor- | |
[pagina 4]
| |
den huune verslagen voorgelezen omtrent den staat der Maatschappij en hare belangrijkste lotgevallen en handelingen gedurende het afgeloopen jaar en omtrent den staat der Boekverzameling gedurende hetzelfde tijdsverloop. De Voorzitter betuigt aan beiden dank en deelt mede, dat deze verslagen in eenigszins meer uitgebreiden vorm in de Handelingen zullen worden gedrukt (zie hierachter, Bijlagen III-IV).
V. Namens de Commissie, bestaande uit HH. Dr. P.A.A. Boeser en Dr. M.W. de Visser, in de Maandvergadering van 3 April benoemd tot nazien der rekening en verantwoording van den Penningmeester (zie Bijlage V), bericht de Heer Boeser, dat zij alles nauwkeurig hebben nagegaan en in de beste orde hebben bevonden, zoodat zij konden voorstellen hem onder dankzegging te ontlasten. De Voorzitter betuigt den dank der Vergadering aan de genoemde Heeren en aan den Penningmeester, wien hij tevens hulde brengt voor zijn nauwgezet beheer.
VI-VII. De Verslagen der Commissiën voor Taal- en Letterkunde en voor Geschied- en Oudheidkunde worden in uittreksel door HH. Dr. D.C. Hesseling en Dr. L. Knappert voorgelezen. Beide worden in dank aanvaard voor de Handelingen (Bijlagen VI en VII).
VIII. Namens de Commissie voor stemopneming in de Maandvergadering van 8 Mei benoemd, doet de Heer Dr. C.J. Wijnaendts Francken mededeeling van den uitslag der stemming gehouden ter verkiezing van nieuwe Leden der Maatschappij, nl. volgens besluit dier Maandvergadering, 30 gewone en 8 buitenlandsche Leden. De Commissie, waarin met den Heer Wijnaendts Francken | |
[pagina 5]
| |
zitting hadden HH. W.J.J.C. Bijleveld, J.M.N. Kapteyn, Dr. L. Knappert, Dr. C.H. Ph. Meyer, C. Peltenburg, Mr. C.W. van der Pot Bz., Dr. M.W. de Visser en Dr. S.G. de Vries, heeft uit handen van den Secretaris ontvangen 203 stembiljetten. Gekozen zijn (in alphabesche orde): | |
Gewone Leden:G.G. van As (G. Schrijver) te 's-Gravenhage. C.W.H. Baard te Amsterdam. Jhr. H. Teding van Berkhout te Amsterdam. Dr. J.R. Callenbach te Rotterdam. Dr. H. van Dyke te 's-Gravenhage. H. Dyserinck te Maastricht. C.K. Elout te Wassenaar. H.W. Fischer te Leiden. Mevr. A. van Gogh-Kaulbach te Haarlem. Mr. G.G. van der Hoeven te Rotterdam. C.G. 't Hooft te Amsterdam. J.E. Jasper te Buitenzorg. Jhr. Dr. B. de Jong van Beek en Donk te 's-Gravenhage. Dr. J.P.B. de Josselin de Jong te Leiden. Mr. J. Kalff te Amsterdam. A.O. van Kerkwijk te 's-Gravenhage. Mr. Ph. Kleintjes te Groningen. Mr. G.J. ter Kuile te Almeloo. H. van der Mandere (Edgar de Melville) te 's-Gravenhage. A.W.M. Mensing te Amsterdam. Mr. E.M. Meyers te Leiden. C.M. Pleyte Wz. te Batavia. Dr. J.W. Pont te Bussum. Dr. M. Schönfeld te Hilversum. Dr. E. Slijper te Utrecht. | |
[pagina 6]
| |
Mej. Dr. B.M. van der Stempel te Amsterdam. Dr. H.E.J.M. van der Velden te Zwolle. Dr. G.C.J. Vosmaer te Leiden. Dr. T. de Vries te Grand Rapids. | |
Buitenlandsche Leden:Mej. M.E. Belpaire te Antwerpen. Dr. H. VanderLinden te Luik. Heinrich Müller, P. te Emmerik. Dr. Holger Pedersen te Kopenhagen. Dr. Jules Persijn te Antwerpen. Dr. Leo van Puyvelde te Gent. I.W. Robertson Scott (Home Counties) te Great Canfield. Dr. J.D. du Toit (Totius) te Potchefstroom.
De Voorzitter betuigt den dank der Vergadering aan den Heer Wijnaendts Francken en aan zijne medeleden der Commissie voor stemopneming. Nadat hij hierop had medegedeeld, dat alle leden der Maatschappij door den Heer Dr. P.J. Blok uitgenoodigd zijn na afloop der Vergadering order zijne leiding een bezoek te brengen aan de merkwaardige oude Bibliotheca Thysiana, verklaart de Voorzitter de Vergadering voor ongeveer een uur geschorst.
Na heropening der Vergadering herinnert de Voorzitter aan hetgeen heden door den Secretaris in zijn jaarverslag is gezegd betreffende de wenschelijkheid de geldmiddelen der Maatschappij te versterken, hetgeen zou kunnen geschieden b.v. doordat vele leden zich bereid wilden verklaren hunne jaarlijksche bijdrage van 6 gld. tot 10 gld. te verhoogen, zooals indertijd eenige leden | |
[pagina 7]
| |
uit eigen beweging hadden gedaan, van welke echter thans nog slechts 5 in leven zijn, nl. HH. F.A. Hoefer, Mr. L.H.J. Lamberts Hurrelbrinck, Mr. J.A. Levy, Dr. J. Verdam en Dr. S.G. de Vries. De Voorzitter geeft thans aan de aanwezigen gelegenheid dat vroeger gegeven voorbeeld te volgen. Hieraan wordt door 18 leden voldaan, nl. door Mej. Dr. C. Serrurier, Mevr. W. Wijnaendts Francken-Dyserinck, HH. Mr. J.H. Abendanon, Mr. C. Bake, Dr. A. Beets, Dr. P.J. Blok, Dr. G.J. Boekenoogen, Dr. D.C. Hesseling, Dr. W.P.C. Knuttel, G.J.W. Koolemans Beijnen, W.P. Kops, V. Loosjes, L.D. Petit, J.F.M. Sterck, W.P. van Stockum Jr., Dr. J. van der Valk, Dr. A.J. Wensinck, Dr. C.J. Wijnaendts Francken, zoodat thans in 't geheel 23 leden vrijwillig hunne jaarlijksche bijdrage tot 10 gld. verhoogd hebben.
II. Hierop wordt het woord verleend aan den Heer Dr. J. te Winkel voor zijne onder No. II aangekondigde voordracht: ‘Nicolaas Beets’. Na deze voordracht betuigt de Voorzitter onder luide teekenen van instemming der aanwezigen den Spreker hartelijken dank voor deze waardige hulde aan een groot man gebracht en verzoekt hem zijne voordracht ter uitgave in de Handelingen af te staan. De Heer Te Winkel verklaart zich hiertoe bereid (zie hierachter, Bijlage II). Naar aanleiding dezer voordracht brengt de Heer F. Smit Kleine ook zijnerzijds hulde aan den Spreker, vooral om hetgeen hij zoo juist heeft gezegd betreffende de verhouding van Beets tot Bilderdijk. Hij herinnert daarbij aan eene bijzonderheid die deze verhouding duidelijk teekent: toen nl. te Haarlem een bekende kunstenaarskring een gedenksteen deed plaatsen in Bilderdijk's sterf- | |
[pagina 8]
| |
huis en bij die gelegenheid ook het graf van den dichter bezocht, heeft Beets daar eene buitengewoon schoone rede gehouden waarin hij zich als kunstenaar geheel aan de zijde van Bilderdijk schaarde.
IX. Het voorstel van de Maandelijksche Vergadering om uit de renten van het Fonds een bedrag van ƒ 200 te verleenen aan de Vereeniging ‘Hofwyck’ tot aankoop en onderhoud der buitenplaats van Const. Huygens te Voorburg, wordt met applaus begroet en aangenomen.
X-XI. Bij de hierop volgende verkiezingen van een Bestuurslid in de plaats van het aftredende en niet herkiesbare lid, den Heer Dr. P.J. Blok en van den aftredenden doch herkiesbaren Bibliothecaris, den Heer L.D. Petit, worden tot Bestuurslid benoemd de Heer Dr. L. Knappert en tot Bibliothecaris herbenoemd de Heer L.D. Petit. Beiden, ter Vergadering aanwezig, verklaren zich bereid de benoeming te aanvaarden. De Voorzitter richt zich hierop tot den Heer Blok om hem namens de Vergadering hulde te brengen voor de vele diensten door hem als Bestuurslid aan de Maatschappij bewezen.
Bij de hierop volgende rondvraag wijst de Heer Mr. C. Bake op het bezwaar, dat bij de mededeeling van den uitslag der stemming over de te benoemen leden, de namen der gekozenen in alphabetische orde worden opgenoemd, terwijl zij op de candidatenlijst in eene door het lot bepaalde volgorde voorkomen. Het zou overweging verdienen de namen op die candidatenlijst ook in alphabetische orde te schikken of anders de gekozenen op te noemen in de volgorde der cijfers van die lijst. | |
[pagina 9]
| |
De Voorzitter merkt daartegen op, dat de mededeeling der namen van de gekozenen in alphabetische orde geschiedt op verzoek van het Bestuur, vooral omdat deze wijze de eenige goede schijnt voor de berichten der couranten waarin men bij eene andere rangschikking zoo licht geneigd is aanduiding van het grooter of kleiner aantal verkregen stemmen te vinden. Hij verklaart zich echter gaarne bereid de zaak nader in eene vergadering van het Bestuur te doen overwegen. Hierop betuigt de Heer Dr. H.E. van Gelder als Bestuurslid der Vereeniging ‘Hofwyck’ zijn dank voor het heden verleend subsidie der Maatschappij en voor de geldelijke bijdragen die tijdens de Vergadering door verscheidene leden persoonlijk welwillend werden toegezegd. Daarna wordt de Vergadering door den Voorzitter gesloten. |
|