De vergaderingen der Commissie werden volgens gewoonte besloten met mededeelingen en besprekingen van wetenschappelijken aard.
Dr. Salverda de Grave voerde het woord over het vocalisme van Fransche woorden in het Nederlandsch, in het bijzonder over aan het Fransch ontleende Nederlandsche woorden, die in het Fransch een stomme e hebben of gehad hebben.
Dr. Kalff handelde over een paar merkwaardige bundels refereinen uit het eerste kwart der 16de eeuw en over de figuur van den wildeman in Vondel's Leeuwendalers.
Dr. Hesseling sprak over het Afrikaansche woord ijstervarken of ijzervarken en over een, in het Latijn opgesteld, verhaal eener reis in Zuid-Afrika door Wilhelm ten Rhyne.
Dr. Verdam behandelde achtereenvolgens de woorden behept (behipt), dak (in de uitdr. er is te veel dak op het huis), gewricht, grondelen (= grond voelen), key-zot voor stapelgek, schietgebedje, minneknoop en den ouderdom van het woord eerzucht in het Nederlandsch.
Dr. Boekenoogen de woorden wen (of weynd) en wiezel = speelpenning.
Dr. Beets het woord waarloos, een combinatie der gelijkbeteekenende woorden waar en loos.
Dr. Speyer sprak over den oorsprong der legende van S. Hubertus met het hert.
Dr. Salverda de Grave besloot de laatste vergadering met eene mededeeling over de Fransche spreektaal buiten Frankrijk.
Sommige dezer mededeelingen zijn voor het Tijdschrift der Maatschappij bestemd.