Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1876

[p. 81]

III.

De Penningmeester, Dr. W.N. du Rieu, had overeenkomstig Art. 30 der Wet vóór 1 Mei rekening en verantwoording gedaan aan het Bestuur. Na goedkeuring was de rekening met de daarbij behoorende bescheiden in handen gesteld van de Heeren Dr. W. Scheffer en J.M.E. Dercksen, die in de Maandelijksche Vergadering van April daartoe waren benoemd. Deze Heeren hebben van hunne bevinding verslag uitgebracht in de Vergadering van Mei.

De volgende mededeelingen omtrent de kas worden nu door den Penningmeester gedaan.

I. Het fonds der Maatschappij.

Door aankoop is in het afgeloopen boekjaar het kapitaal van ƒ 12.100 gebracht op ƒ 12.300 nominaal 2½ pCt., dank zij een gift van een der leden op de vorige Algemeene Vergadering en de allengs klimmende rente, waarvan ƒ 74.43 tot kapitaalvorming strekte. De andere drie vierden der rente, zegge ƒ 223.30⁵ werden gevoegd bij het beschikbare rentebedrag der vorige jaren, dat daardoor geklommen is tot ƒ 733.97⁵. Van deze gelden werd ƒ 150.- betaald ten behoeve van de in Juni 1875 verschenen vierde aflevering van Maerlant's Spieghel Historiael, alsmede ƒ 33.60 voor het afschrijven van de Enquête van 1494, die weldra het licht zal zien met behulp van een bijdrage uit dit fonds. Het batig saldo van ƒ 550.37⁵ zal dus daarvoor strekken en voor de dezer dagen verschenen vijfde aflevering van genoemd oud-Hollandsch dichtwerk.

[p. 82]

II. De kas der Maatschappij.

Deze mag gezegd worden in gunstigen staat te zijn, maar dit is ook noodig voor den toegezegden druk van den Catalogus, waarvoor een aanzienlijk bedrag tijdelijk belegd is.

Ontvangsten:
Batig slot der vorige rekening		ƒ 354.63^5
Bijdragen van
471 leden à ƒ 6.-	ƒ 2826.-
10 leden buitenslands	ƒ 60.-
38 leden à ƒ 10.-	ƒ 380.-
1 lid	16.-
		ƒ 3282.-
Intresten		ƒ 93.28
Verkochte dubbelden		ƒ 25.41
		ƒ 3755.32^5

Uitgaven:
Huur der lokalen	ƒ 350.-
Vergaderingkosten	ƒ 104.72
Bezoldigingen	ƒ 490.-
Drukwerk	ƒ 1011.59
Aankoop van boeken	ƒ 379.82
Bindwerk	ƒ 105.45
Verdere uitgaven	ƒ 362.40
te zamen	ƒ 2803.98
zoodat het batig slot bedraagt	ƒ 951.34^5
	ƒ 3755.32^5

Met dit batig saldo kan in de behoefte van den loopenden dienst tot October worden voorzien, in welke maand de bijdragen der Leden worden ontvangen; het overige staat zooals gezegd is, op rente, voor den Catalogus.