ken; weshalve ook hij niet meer aandringt op zijn voorstel, ja het zelfs intrekt.
Hij oppert echter nog eenige woorden over het voorstel van Dr. Leemans (Handd. 1859, bl. 74) over het houden der voorbereidende Vergadering op den morgen van den dag voor die werkzaamheden bepaald, en tevens over de kennisgeving van dag en uur daarvan aan alle de leden; hij wenschte een en ander aan het Bestuur in overweging te geven of er voor een dezer beide punten termen bestaan. Het Bestuur neemt zulks ter beraadslaging over.
Waarna verder niemand iets meer voorstelt en, nadat de aftredende Voorzitter bij monde van den Heer Leemans voor zijn bij herhaling gevoerd bestuur der Maatschappij namens de leden is dank gezegd, wordt de Vergadering door den Voorzitter gesloten.
(was geteekend)
L.J.F. Janssen, Voorzitter.
Aan het slot van den Beschrijvingsbrief werden de leden wederom opgewekt om de vruchten hunner letteroefeningen in de vakken, tot deze Maatschappij behoorende, aan haar te willen mededeelen, om voor de Werken der Maatschappij, of bij de Vergaderingen, 't zij openbare of bijzondere, te kunnen strekken.