VII.
De buitengewone behoeften van dit laatste jaar aldus vereffend, en voor het thans aanvangende jaar geene aanmerkelijke uitgave te voorzien zijnde, besluit de Vergadering, op voorstel van den Penningmeester zelven, de toelage voor dit jaar terug te brengen tot den gewonen voet van ƒ 5,25.