IX.
De openbare zittingen voor het volgend wintersaizoen worden bepaald op de Vrijdagen, 14 November 1823, 13 Februarij 1824, en 9 April 1824.
Tot het houden der voorlezingen, in proza of dichtmaat, worden benoemd, voor de eerste dier zittingen, de Heeren Mr. H.W. Tydeman en J.E. van Varelen; voor de tweede, de Heeren Mr. J.C. de Jonge en A. Simons; voor de derde, de Heeren Mr. C.J. van Assen en H.A. Hamaker.