III.
Tot beoordeling der Verhandelingen, welke op het eerstgemelde
Onderwerp mogten inkomen, worden benoemd de Heèren
C. van Lennep
,
D.J. van Lennep
,
Steenwinkel
,
Stratenus
,
M. Tijdeman
,
Wassenbergh
en
te Water
: van die, welke op het
tweede Onderwerp mogten worden ingezonden, de Heeren
F.W. Boers
,
van der Kemp
,
Lambrechtsen
,
Meerman
,
de Rhoer
,
H.W. Tijdeman
,
van Wijn
: van die, welke op de
derde Vraag mogten inkomen, de Heeren
Arntzenius
,
de Bosch
,
H. Bosscha
,
van Heusde
,
Hoeufft
,
Sluiter
,
van Spaen
van Hardenstein:
en van die, welke op het vierde Voorstel mogten worden ingezonden, de Heeren
Bilderdijk
,
Cranen
,
Hinlópen
,
Scheltema
,
Siegenbeek
,
Swellengrebel
,
van Westreenen
.