den op hare goedkeuring, volgens de wetten, nader bepaald bij Art. IV. Tot het doen van dergelijke voorlezingen hadden zich, bij eene vorige gelegenheid, reeds bereid verklaard de Heeren
Tydeman, Kluit, te Water, Meerman, Luzac, Rau, Siegenbeek, van Beeck Calkoen
en
Broes
; en hebben zich ter medewerking daartoe thans ook verbonden de Heeren
Boers
en
Steenwinkel
, terwijl anderen de zaak nog in bedenking hielden. - Voorts is besloten, in den aanstaanden Winter twee dergelijke openbare zittingen te houden, de eerste op den derden Vrijdag van November dezes jaars, de tweede op den derden Vrijdag van Februarij des jaars 1805, des avonds van 6-8 uren. Tot het houden van voorlezingen in rijm of onrijm, zijn voor de eerste dier zittingen benoemd de Heeren J. Meerman, J.W. te Water
en M. Siegenbeek
, en voor de tweede de Heeren F.W. Boers, M. Tydeman
en A. Kluit
. Nog is besloten, dat ter bijwoning dezer zittingen Toehoorders buiten de Maatschappij zullen worden toegelaten op vertoon van kaartjes, welke 's daags te voren, volgens aankondiging in een der nieuwspapieren, zullen verzocht kunnen worden van een' der Leden der Maatschappij, of in 't bijzonder van haren Secretaris. De Leden der Maatschappij zullen vrijheid hebben, om eene of twee vrouwen mede te brengen.
Eindelijk worden bij deze gelegenheid de gezamenlijke Leden der Maatschappij uitgenoodigd, om tot het voorschreven oogmerk, het zij door eigene voorlezingen, het zij door het inzenden van stukken, welke door een' der Leydsche Leden kunnen worden voorgelezen, mede te werken.