IX.
Tot Voorzitter werd verkozen de Heer
J.W. te Water
, tot Secretaris M. Siegenbeek
, tot Briefschrijver de Heer
J.F. van Beeck Calkoen
, tot Opziener over de uitgave de Heer
J. Luzac
, tot Penningmeester M. Siegenbeek
.
Ter verligting van het werk des laatsten is hesloten, hem te magtigen, om op de onderscheidene plaatsen, alwaar Leden dezer Maatschappij woonachtig zijn, een' derzelven ter inzameling der verschuldigde Toelagen te verzoeken.