In twee kloeke delen biedt Europa Buitengaats nu een overkoepelend overzicht van de literaire tradities zoals die in de verschillende ‘overzeese rijken’ zijn ontstaan. Op een overzichtelijke manier krijgen we en beeld van de Engelstalige koloniale en postkoloniale literatuur (India, Zuid-Afrika, Canada, Australië), de Franstalige (Noord, Afrika, de Caraïben, Canada), de Spaanstalige (Zuid-Amerika), Portugeestalige (Brazilië), de ‘Amerikaanse’ (Amerikaans-Indiaans, Chicano, Aziatisch-Amerikaans) en tot slot de Nederlandstalige koloniale en postkoloniale literatuur zoals die is ontstaan in Kongo, Zuid-Afrika, Suriname en de Antillen en natuurlijk in het voormalig Nederlands-Indië.
In de beide delen wordt niet alleen uitvoerig ingegaan op de belangrijkste werken die deze literaturen hebben opgeleverd, tevens worden verbindingen gelegd tussen de verschillende literaturen door de behandeling van gemeenschappelijke thema's als de verhouding tussen de kolonisator en de gekoloniseerden, de fascinatie voor de onbekende, kleurrijke wereld en de, veelal moeizame, zoektocht naar de eigen identiteit.
Europa Buitengaats is daarmee niet alleen een (zeer) informatief, maar ook boeiend en verrassend boek geworden.
Theo D'haen (red.). Europa buitengaats. Koloniale en postkoloniale literaturen in Europese talen. Amsterdam: Uitgeverij Bert Bakker, 2002. ISBN 90-351-2397-2.