[Nummer 1]
Redactioneel
Hella S. Haasse is op 2 februari tachtig jaar geworden. Die gebeurtenis is niet onopgemerkt voorbijgegaan. Indische Letteren wil zich graag aansluiten bij de hommages die haar ten deel zijn gevallen. Daarom opent dit voorjaarsnummer met een beschouwing over Indië in haar werk.
Pieter Korver, die in ons blad al eerder zijn licht over het werk van Friedericy liet schijnen, zet zijn reeks over deze auteur en Zuid-Celebes voort met een beschouwing onder de titel ‘De wereld van Djongaja, Friedericy's grote inspiratiebron’.
Honderd jaar geleden verscheen Indrukken van een ‘Tòtòk’ van de Amsterdamse volksschrijver Justus van Maurik. Dit nummer bevat de tekst van de lezing over dit boek die Joop van den Berg op 23 januari van dit jaar voor onze Werkgroep heeft gehouden.
Deze aflevering bevat bovendien de beloofde Lijst van Indische Letteren 1994. Tevens wordt onze oude rubriek De Indische Navorscher nieuw leven ingeblazen.
Graag vestigen wij uw aandacht op enige evenementen die dit jaar zullen plaatsvinden.
Op vrijdagmiddag 3 juli is er een feestelijke presentatie van de heruitgave van Rob Nieuwenhuys' vermaarde fotoboeken Baren en oudgasten, Komen en blijven en Met vreemde ogen, georganiseerd in samenwerking met uitgeverij Querido (zie de uitnodiging achterin dit nummer).
In september hopen wij een symposium te organiseren over het veelbewogen jaar 1898. In diezelfde maand wordt het honderdste sterfjaar van P.A. Daum herdacht, zowel in Amsterdam (waar de presentatie van het derde en laatste deel van de Verzamelde romans plaatsvindt) als in Dieren (waar Daum begraven ligt). Nadere informatie over dit alles in de volgende aflevering van ons tijdschrift.
Ten slotte willen wij u nog mededelen dat wij vanaf nu ook met een website op Internet vertegenwoordigd zijn. Daar vindt u de meest actuele informatie. Omdat onze Werkgroep een onderdeel is van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, treft u deze website aan onder http://oasis.leidenuniv.nl/host/mnl/