[Nummer 1]
De Indische wereld van Maurits Ver Huell (1787-1860)
Peter van Zonneveld
Reisverhalen uit de eerste helft van de negentiende eeuw vormen, wat de Indonesische archipel betreft, nog een vrijwel onontgonnen gebied. In de Oost-Indische Spiegel van Rob Nieuwenhuys wordt aandacht besteed aan de reisverhalen van de kleurrijke Johannes Olivier (1789-1858), die gouverneur-generaal Van der Capellen vergezelde op zijn tocht naar de Molukken, beschreven in zijn Reizen in den Molukschen Archipel (1834). Wie zich nader met dit genre gaat bezighouden, ontdekt dat er alleen al in deze periode enige honderden reisverhalen in druk verschenen, niet zo onderhoudend als die van Olivier misschien, maar toch zeker de moeite waard.
Dat geldt in het bijzonder voor de veelzijdige marine-officier Maurits Ver Huell (1787-1860), een tijdgenoot van Olivier, en de vader van de bekende tekenaar (en schrijver!) Alexander Ver Huell, die Klikspaans studentenschetsen illustreerde. Die dubbele begaafdheid had de zoon niet van een vreemde. Zijn vader vond niet alleen erkenning als auteur (hij werd in 1839 benoemd tot lid van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden), maar ook als tekenaar en aquarellist. Bovendien was hij een wetenschappelijk georiënteerd verzamelaar van natuur- en cultuurhistorische objecten.
Al deze aspecten komen aan de orde in de speciale aflevering van Indische Letteren die nu voor u ligt. Zij is het resultaat van de samenwerking tussen twee musea en onze werkgroep. In het Maritiem Museum te Rotterdam wordt tot en met 29 oktober 1989 een tentoonstelling gehouden onder de titel ‘Vreemde en treffende natuurtonelen.’ Nederlands-Indië door de ogen van Maurits Ver Huell (1787-1860), opgebouwd rond een fraaie collectie aquarellen, die de