Hymni, ofte Loff-sangen op de Christelijcke feest-dagen
(1967)–Anoniem Hymni, ofte Loff-sangen op de Christelijcke feest-dagen– Auteursrechtelijk beschermd
[Folio 37r]
| |
1 CHRISTVS was in 'sDOODTS banden swaar
Voor onsen Vloeck gegeven,
Hy is we'er op-gestaan daarnaar,
Om ons te brengen 'tLeven:
Dus willen wy al vrolijck sijn,
GODT bidden ende dancken fijn,
Loff-singen daar beneven;
ALLELVIA.
Loff sy den HEER
2 Niemandt bedwingen cost de DOODT
Beneden hier op Aerden,
Dat deden onse Sonden groot.
Doch CHRISTVS quam aan-vaerden
Ons Vleysch en Bloedt: (o Heyligh Lam)
Aan't Cruys hy met geweldt benam
'SDOODTS Angel cleyn van waerden;
ALLELVIA.
Loff sy den HEER.
3 'Twas eenen wonderlijcken Strijdt,
Als vochten DOODT en LEVEN:
Maar 'tLEVEN hieldt Victory wijdt,
Zijn doodt de DOODT de' sneven,
De Schrift ons heeft vercondight plat,
Hoe d'eene Doodt die ander at:
| |
[Folio 37v]
| |
De DOODT die moest daar kleven;
ALLELVIA.
Lof sy den HEER.
4 Dit is het rechte Pasch-Lam vroedt
Dat GODT geeft uyt Genaden:
Het welck aan't Cruys ons is te goedt,
Vyt heeter Lieffd', gebraden:
Wy met zijn Bloedt besprenget sijn,
'Twelck ons bevrijdt voor d'Helsche pijn:
Den VVorger can niet schaden:
ALLELVIA.
Loff sy den HEER.
5 Dit Hooge Feest dus vieren wy
Met 'shertsen vruechd' een-draghtigh:
GODT ons met 'tLicht comt maken bly,
Hy is de Son selffs craghtigh.
Die door zijn vrundelijck Gelaat
Wil dooden onse lusten quaadt,
Dat GODT niet meer sy claghtigh;
ALLELVIA.
Lof sy den HEER.
6 VVy eten ende maken chier
Van dese Nieuw Pasch-Vladen,
Den Ouden Deessem moet van hier,
Wilt ghy in zijn Bloedt baden.
Siet CHRISTVS selffs de Spijse wordt,
Zijn Bloedt in plaats van Wijn hy stort:
Dies u van hem laat raden;
ALLELVIA.
Loff sy den HEER.
|
|