de Grabow- en Strelitz-lijnen vertakt hadden, sloten in 1701 een verbond, waarbij de Grabow-, thans de Schwerin-linie genaamd, over Schwerin en Güstrow, de Strelitzertak de heerschappij over Stargard en het vorstendom Ratzeburg behield; alzoo ontstonden de beide lijnen Schwerin en Strelitz.
Hertog Karel Leopold van Schwerin huwde met Katharina, een nicht van Peter de Groote. Prat op deze hooge bloedverwantschap nam de Hertog 36000 Russen in zijn land en liet het volk door hen mishandelen. De adel vluchtte.
Wel keerden een deel der Russen naar hun land terug, doch 16000 bleven er en werden eerst in 1719 van Rijkswege door een Hanoveraansch leger uitgedreven.
De Hertog onthaalde den Keizerlijken notaris en Rijkscommissaris, hem door den Keizer gezonden ten einde zich te verantwoorden, op een duchtig pak slaag en zond hem toen naar huis, doch daarmede was de maat vol en werd hij afgezet en door zijn broeder Christiaan Lodewijk vervangen.
In den zevenjarigen oorlog had Mecklenburg veel te lijden. Alhoewel het zich neutraal hield, vond Koning Frederik het goed, dat land te beschouwen als een veroverd gebied, zonder op verdere tegenwerpingen acht te geven.
In 1807 trad Mecklenburg tot het Rijnverbond toe, en in 1813 waren deze Hertogen de eerste Duitsche vorsten die zich bij de verbondenen aansloten; in 1815 kregen zij de Groot-Hertogelijke waardigheid en traden tot den Duitschen Bond toe.
De Groothertog Paul Friedrich stierf den 7en Maart 1842 en werd opgevolgd door zijn zoon Friedrich Franz, die den 28en Febuari 1823 geboren was.
Uit het huwelijk van Friedrich Franz II met Maria Prinses van Schwarzburg Rudolstadt werd den 19en April 1876 Hertog Heinrich Wladimir Albrecht Ernst geboren, die als luitenant bij het bataljon jagers der Pruisische garde te Potsdam diende, en à la suite van het regiment fuseliers van Mecklenburg no. 90 gevoerd werd.
Zouden wij weder de geschiedenis opslaan, dan zouden wij zien dat hij door zijn grootmoeder van vaders zijde, Prinses Alexandrina van Pruisen, verwant was met het Pruisische Koningshuis en door een broeder zijns vaders, die eveneens met een Prinses Alexandrina van Pruisen was getrouwd, is Hertog Hendrik verwant aan het Huis van Oranje, daar deze Prinses Alexandrina eene dochter was van Prinses Marianne, gehuwd met Prins Albrecht van Pruisen.
Als bijzonderheid wil ik hier nog bijvoegen dat volgens een verdrag, in 1442 te Wittstock gesloten tusschen de Vorsten Balthasar Wilhelm en Christoph. met Frederik II van Brandenburg bepaald werd, dat wanneer het Mecklenburgsche huis uitstierf, de Hohenzollern zouden op volgen. Om deze redenen vindt men het Mecklenburgsche wapenschild terug in het Pruisische wapen.
Den 12en Mei 1864 werd door de beide hertogen de orde van de Wendische Kroon gesticht, welke orde ook aan vrouwen kan verleend worden.
Het wapen bestaat uit een in 6 kwartieren verdeeld schild met een middenschild. In het 1e kwartier een gouden veld en gedekt door een zwarten, naar voren gekeerden, roodgekroonden buffelkop met zilveren hoorns en een zilveren ring door den neus, behoorende tot het wapen van Mecklenburg. In 't 2e kwartier het wapen van Rostock, zijnde een blauw veld met een gouden blok. In 't 3e kwartier gedeeld boven een blauw veld met een gouden griffioen, onder in een zilveren veld een groene tafel voor het vorstendom Schwerin. In 't 4e kwartier voor 't vorstendom Ratzeburg een zilveren veld met een rood kruis. In 't 5e kwartier voor Stargard een rood veld, waarop uit den linkerschildrand uit zilveren wolken een geharnaste arm komt met een ring voorzien van een edelgesteente in de hand. In 't 6e kwartier treft men een gouden veld aan, waarin een schuinliggende, zwarte buffelkop met roode kroon en zilveren hoorns. Het middenschild is half rood half goud voor 't graafschap Schwerin.
De schildhouders zijn rechts een zwarte buffel, links een gouden griffioen.
De landskleuren zijn rood, goud en blauw, de vlag blauw, wit, rood, volgens de lengte gestreept, met den zwarten buffelkop in goud.
Het zou mij te ver voeren veel over het hertogdom mede te deelen, doch beschouwen wij Schwerin, dan geeft ons dat den heerlijken aanblik, die een stad gelegen aan een meer op ons uitoefent, vooral wanneer de tegenovergelegene oever met bosschen bedekt is, terwijl vijf kleine meren rond de stad gelegen zijn.
Daartusschen liggen landerijen, heuvels, villa's, alléeën en tuinen in schilderachtige bonte mengeling verspreid en bevat deze plaats een schat van gebouwen, die van geschiedkundige herinneringen vol zijn, en helaas in dit kleine bestek, waarin ik reeds zooveel geschiedenis heb medegedeeld, mag ik, hoe verleidelijk het ook is, daarin niet verder doordringen.
Laten wij ons dus van het zoo schoone Schwerin afwenden en zuidwaarts gaan, dan komen wij in een moerassige en vlakkere streek aan de Brandenburgsche grens gelegen, geheel zonder natuurschoon. Doch ook daar is een oase voor hen, die de litteratuur liefhebben; daar treffen wij nabij het dorpje Wöbbelin een machtigen eik aan, onder welken een grafsteen ligt, gewijd aan Theodoor Körner, door den Groothertog aan den vader van dien grooten dichter geschonken.
Ook moeten wij Doberan vermelden, dat door Pribislaw II gesticht werd als klooster in 1173; later verwoest door de Slaven, werd het in 1186 weder opgebouwd. De vele rijkdommen en het groote bezit aan reliquiëen, maakten dat vele pelgrims tot uit verre oorden dat klooster kwamen bezoeken. In het einde van de 16e eeuw werd Doberan tot vorstelijk jachtslot ingericht. Vanaf 1793, toen er een badplaats werd aangelegd, verkeerde het Hof er zomers dikwijls en is dit plekje als de oudste badplaats van Duitschland te beschouwen.
Doberan ligt slechts ½ mijl van de Oostzee, aan het zuidelijk einde van een groot dal omgeven door heuvels en hoogten; de geheele omgeving biedt een liefelijken, vroolijken aanblik aan door de afwisseling, en een kijkje op de hierbij gevoegde photo van het jachthuis van Hertog Hendrik bewijst voldoende, dat de natuur in die streken niet misdeeld is aan schoonheid.
Laat ik hierbij deze zeer bekorte en toch nog vrij uitvoerig geworden schets omtrent de afstamming van Hertog Hendrik en diens geboorteland beëindigen, om verder ons te wijden aan de feestdagen die volgden na het besluit, waarbij Oranje zich verbond met Mecklenburg, een reeks van gulden dagen, die door den band des huwelijks bezegeld de schoonste bladzijde der geschiedenis zal vormen in de 20ste eeuw, en daar, waar een eeuw aanvangt met een gebeurtenis zoo gewenscht door 't Nederlandsche volk, is 't niet anders dan te verwachten, of deze eeuw zal voor Nederland onder het verstandig bestuur van onze Koningin een schoone toekomst tegemoet gaan.
(Wordt vervolgd.)