Oost als in de West-Indiën gekend en ontzien of liever gevreesd werd, leert de geschiedenis der zeevaart op meer dan ééne bladzijde.
Misschien zal de eene of andere jeugdige lezeres of lezer van dit schetsje vragen: ‘Hoe vermaken de jongelui zich daar ginds toch wel?’ Laat mij daarvan nog iets vertellen. De bewoners, vooral de eilanderinnen, zijn groote liefhebbers en liefhebsters van muziek, al worden tot heden bij hen nog maar enkele pianino's aangetroffen en bespelen slechts weinigen de viool of de fluit. In alle drie kerken der Hervormden worden zeer goede orgels gevonden, geleverd door den heer J.F. Krüse, orgelfabrikant te Leeuwarden. Eén instrument heeft echter het burgerrecht en wordt dan ook in zeer vele huisgezinnen aangetroffen, nl. de harmonica. Bij dit instrument kunnen geheele gezelschappen uren zitten zingen, of het levert de muziek voor de verschillende en zeer geliefde dansen. De harmonica vergezelt ook het rijlustig publiek, dat in eene Middeleeuwsche huifkar een rijtoertje naar de Grië - begin der Boschplaat - maakt. Bij zoodanig uitstapje zorgen de dames, dat eet- en drinkwaren in voldoenden voorraad in gereedheid komen. De kosten zijn grootendeels voor rekening der heeren. Alles wordt in eene groote mand of in trommels geborgen en na een bal-champêtre op de ruime, zooeven genoemde zandplaat genuttigd, waarbij men evenwel zorgt voldoenden voorraad versnapering te houden voor den terugrit, zoowel voor het gezelschap als voor den ‘koetsier’. Den avond vóór den bepaalden dag mogen de heeren komen toezien, hoe alles in orde wordt gemaakt, des daags na de rijpartij komt het vroolijke gezelschap nogmaals bijeen en nu wel om af te rekenen. Zoo'n rijpartijtje blijft nog langen tijd een onderwerp van vele gesprekken. Bij de terugkomst worden de deelgenooten door oud en jong bij den ingang van het dorp opgewacht en zingende rijdt men nog enkele straten door, eer de wagen stilhoudt voor de woning, waar men den avond verder zal doorbrengen. Men begrijpt, dat geëngageerde jongelui nogal eens op rij gaan; dat
middel van kennismaking grijpen ook zij aan, die een goed oogje op elkaar hebben. Ook hier ‘'s Lands wijs, 's lands eer’. De meisjes vormen verschillende kransjes. Ieder ontvangt op hare beurt de vriendinnetjes. Bij de minder gegoeden betaalt elk haar aandeel in de kosten en zoo hebben die voor weinige centen ook eens een uitgaansavondje. Als men goed en wel bij elkaar zit, komen de jongelieden het ‘huuske’ binnen, nemen een stoel en ieder van hen zet zich naast het meisje zijner keuze, waarna men onder zang en zoo mogelijk ook onder dans den avond recht gezellig doorbrengt.
Geen feest wordt hier al sedert eeuwen méér in eere gehouden dan dat van den beschermheilige der visschers, St. Nicolaas. Dan wordt er in enkele logementen geloot op suikergebak, vogels, konijnen of huisraad; dat loten is op den feestavond en een paar avonden te voren vrij druk, doch de drukte hangt af van den loop der verdiensten, welke in enkele herfsten buitengewoon schraal kunnen zijn, en in zoo'n geval heeft de logementhouder bijna niets te doen.
Een andere overoude gewoonte, welke sterk herinnert aan Noorsche gebruiken en Noorschen eeredienst, is de volgende: Sommige onverdeelde landerijen in de verschillende dorpen en gehuchten (buurten) worden jaarlijks verhuurd, en de opbrengst komt ten bate der betrokken buurt. Elke buurt heeft een chef, die de kas houdt en de bewoners der buurt bijeenroept, wanneer hij hun gevoelen over de eene of andere zaak wenscht te vernemen. Uit de geïnde buurtgelden worden tegen Nieuwjaar de kosten voor onderhoud en verbetering van de wegen in de buurt betaald; het overige wordt door de in- en opgezetenen verteerd, hetzij dat een of meer armen eenigen onderstand krijgen, hetzij men beurt om beurt ten huize van een der bewoners bijeenkomt. Eene kom rozijnen in brandewijn gaat lustig rond en oud en jong neemt deel aan die feestmalen, welke in Januari gehouden worden. Bij de maaltijden wordt wis en zeker opgediend de kop van een borre, bore, beer of varken. Het feest is daardoor bekend onder den naam van borre-bier. 't Is echter best mogelijk, dat deze verklaring foutief is, wijl in de volkstaal eene buurt ook wel borre genaamd wordt, en dan zou de naamafleiding de volgende beteekenis aan de hand doen: een feestmaal van de buren of van de buurt, waarbij bier, vooral warm bier, gedronken werd. Hoe dit ook zij: een varkenskop vindt men er zeker op tafel. Is het buurtgeld op, en wenscht men meer te gebruiken, dan moet ieder voor eigen rekening teren. Beteekent nu een buurtfeest te West-Terschelling, uit gebrek aan fondsen, al heel weinig, te Midsland en op het Oostelijk gedeelte van het eiland wordt het in hooge eere gehouden, 't Is een feest, dat in overoude tijden bij vele volken aan de kusten der Oost- en Noordzee werd gevierd, doch dat bijna overal elders in onbruik is geraakt.
Volgens het getuigenis van enkele oude eilanders werd nog in het begin dezer eeuw, boven een deurtje aan den noordkant van de kerk te Hoorn, een varkenskop gevonden, van hout gesneden; een ingesteld onderzoek heeft aan 't licht gebracht, dat van dergelijke antiquiteiten thans niets meer overig is.
Nu nog iets, dat ons weer sterk aan Friesland doet denken. Gelijk reeds vroeger werd opgemerkt, is het paard hier bijzonder vlug gebouwd. Er worden niet alleen prachtige rijdieren aangetroffen, maar ook werkelijke harddravers, al ontbreekt hun alle dressuur. Bijna elken zomer wordt te Midsland dan ook eene harddraverij gehouden; enkele malen geschiedt zulks ook op het vlakke strand nabij West-Terschelling, hoewel het daar als volksvermaak minder algemeen in den smaak valt.
Maar, waar oud en jong, rijk en arm aan deelnemen - dat zijn de ijsvermaken. Op een meertje in de duinen, de Doodemanskiste, een overoud, voormalig kerkhof voor lijken van schipbreukelingen, en op de ondergeloopen duinvalleien wordt gewoonlijk prachtig ijs gevonden. IJsclubs bestaan hier dan ook op elk dorp. Natuurlijk worden er een paar hardrijderijen gehouden; prijs en premiën bestaan zelden in geld, meestal in kleedingstukken en eetwaren. Er wordt voor de huiszittende armen ‘gereden’ en menige weduwe krijgt daardoor in den winter eene extra-uitkeering van spek, boonen, erwten, gort of steenkool, die het Bestuur der Clubs haar thuis laat bezorgen.
Jaar aan jaar vermeerdert het aantal toeristen, dat dit eiland bezoekt, reizigers, schilders uit België en Engeland, ambtenaren met vrouw en kinderen, die hier hunne zomervacantie doorbrengen, en botanici. Ten gerieve van hen en van de inwoners is hier voor een paar jaren eene badinrichting geopend, welke zich in een druk bezoek verheugt; de inrichting is eene instelling van de jeugdige afdeeling ‘Terschelling’ van de Noordhollandsche Vereeniging ‘Het Witte Kruis’.
Ook in 't belang van den zeeman is in de laatste maanden nogal iets gedaan. Op een hoog duin staat een paal, waaraan bij dag een bal, bij nacht een rood licht geheschen wordt, ter waarschuwing tegen een naderenden storm. Moge al een enkele maal die waarschuwing niet uitkomen, reeds meermalen is in den laatsten tijd gebleken, hoe nuttig dergelijke inrichtingen zijn. De duinenreeks aan de Noordzee ligt vrij vast, maar aan de zuidzijde slaat het water soms heele stukken gronds weg en brokkelt daar de duinen af, waardoor de rijweg over den Dellewal gevaarlijk is voor rijtuigen en de krachtige tusschenkomst der Regeering dringend noodig maakt.
Zooals reeds is opgemerkt zijn verreweg de meeste oudheden hier verdwenen; oude zeden en gewoonten verdwijnen ook langzamerhand, maar het oud-vaderlandsche jakje bij de vrouwen der landelijke bevolking houdt stand, evenals