In afwachting.
Alles lacht aan dat lieve kind met haar prettig lachje en schitterende oogen. Vader en moeder zijn naar de stad gegaan en zij moest thuis blijven om op kleine Zus te passen, maar nu is het tijd voor hen om terug te keeren, en de zusjes gaan hen blijde te gemoet. De veronderstelling is niet gewaagd, dat aan de vreugde om vader en moeder terug te zien, zich voor de kimderen nog de hoop vastknoopt, iets lekkers of iets moois te krijgen, dat de ouders uit de stad meebrengen.
Nu, wie zal 't hun misgunnen? De ouders mogen wel wat overhebben voor twee zulke aardige, lieve meisjes, met haar onschuldige gezichtjes. Wie weet als het mijn dochters waren, welke mooie cadeautjes ik haar uit de stad zou meebrengen!