worden dus ook alleen bewoond door hen, voor wie zij gebouwd zijn.
Onze afbeeldingen vertoonen de huizen van het Agnitapark; de kleinste woningen der arbeiders hebben elk een woonkamer en een keuken in het gelijkvloers en twee dakkamers, de grootste bovendien een tweede kamer op het gelijkvloers. Zij zijn luchtig en licht en volgens de eischen der gezondheidsleer ingericht. Aan het bouwen werd geen weelde ten koste gelegd en met wijze spaarzaamheid alles ingericht naar de behoeften en middelen der huurders, maar toch heeft men aan alles een gezellig en aangenaam uitzicht gegeven.
Door afwisseling van gekleurde steenen, door een sierlijk uitgesneden houten lijst om het dak, door langs den muur geleide wilde wijnranken en meer dergelijke middelen, kon men in dit opzicht veel bereiken,
arbeiderswoningen in het agnitapark. (Zie blz. 99.)
zonder de kosten van het bouwen aanmerkelijk te verhoogen.
De arbeider bewoont dus niet een nummer, als in de lange eentonige straten, welke alleen door hun namen van andere straten onderscheiden zijn, maar zijn huis is een ander huis als dat zijner buren, zooals dit weer een ander is als het zijne.
De huurprijs der woningen verschilt tusschen f 1,70 en f 3 per week en is lager dan die welke in de stad wonende arbeiders voor veel slechtere woningen of liever kamers betalen. In Januari '89 werd het Agnitapark door 70 familiën bewoond, die uit 72 mannen, 71 vrouwen en 204 kinderen bestonden. Het gebeurt zelden, dat degenen, die eenmaal in het park wonen, het weer verlaten. De bewoners leven in de beste verstandhouding met elkander en vooral met mevrouw van Marken, tot wie zij zich bij alle onaangenaamheden, welke hun kunnen overkomen, wenden en die in alle moeilijke omstandigheden hun trouwe raadsvrouw en helpster is.
Vóór alles zijn het de kinderen, voor wie het meeste zorg gedragen wordt. In een bewaarschool kunnen de kinderen van 2 tot 6 jaar oud, van 9 uur tot 's middags en van 2-4 uur, onder toezicht eener onderwijzeres, een onderkomen vinden; dan kunnen de arbeidersvrouwen zich geheel aan hun huishouden wijden. Het is echter een goed teeken dat de meeste vrouwen liever haar kinderen bij zich houden.
Nog meer bijval heeft de kinderspeeltuin met zijn talrijke schommels, caroussel, gymnastietoestellen enz. verworven; vooral Zondags wordt hij door de kinderen overstroomd, terwijl de ouders in het park gaan wandelen en rondom de tent luisteren naar de zomerconcerten, en in den uitspanningstuin hun glas bier drinken.
Het park, zoowel als het daarin aanwezige gezelschapslokaal met leeszaal en billardkamer, is voor allen die aan de fabriek verbonden zijn, tegen de geringe bijdrage van 25 cts jaarlijks geopend. Bier, limonade, koffie, chocolade worden tegen lage prijzen verstrekt.
Zondags worden allerlei amusementen aan de leden aangeboden; groote aantrekkingskracht oefenen 's zomers de concerten uit, van het uit dertig beambten en werklieden bestaande muziekkorps, de wedstrijden van de kegelclub, van de schiet- en turnvereenigingen, het roeien op de vijvers, enz.
Inplaats daarvan komen 's winters het schaatsenrijden, concerten en tooneelvoorstellingen in de groote zaal en twee of drie bals. Welk een aantrekkelijk beeld bieden ons deze uitspanningen aan, vergeleken met de ruwe vermaken, die de ledige uren der arbeidersbevolking in de steden vullen, vermaken die slechts door jenever worden in het leven geroepen. Als bijzonder kenschetsend willen wij hier