De Huisvriend. Jaargang 1891(1891)– [tijdschrift] Huisvriend, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 10] [p. 10] Schalkschheid. Gedicht van Joh. van Rijswijk de Jong. Muziek van Alex. W.A. Heyblom. Op. 49, No. 3. Opgewekt en guitig voor te dragen. (M.M. ♩ - 126). Eens hief zij 't don - ker hoofd - - - - - jen en zei - - de in pla - - ge - - - - rij - - - -‘waar - - om, jou stou - - te jon - - - - - - gen, waar - - - om toch kus je mij, waar - - om toch kus je mij?’ - [pagina 11] [p. 11] Ik streel - - de haar de wan - - - - - - gen en zei - - de ‘“lief - - ste mijn, - - zou niet een lief - - de - - - - kus - - - - - jen uw lip - - pen wel - - kom zijn, uw lip - - pen wel - - - - - - - - - kom zijn?”’ - Zij bloos - de en lach - te on - - [pagina 12] [p. 12] deu - - - - - gend en zei - de op een - - maal vlug - - - - ‘wan - - - neer ge 't weer durft wa - - - - - - gen, geef 'k ze al - - len u te - - - rug, geef 'k ze al - - len u te - - - - - - - rug.’ - - - - Als zij mij weer wil ge - - - - - - ven die ik haar ge - - ven zal, - - - - dan [pagina 13] [p. 13] is dat tel - - ken - - - ma - - - - - - le be - - - paald een dui - - zend - - tal, - - - - dan is dat tel - - ken - - - ma - - - - - - le be - - - paald een dui - - zend - - - tal, be - - paald een dui - - - - - - - - - zend - - tal! - - Vorige Volgende