Den Hollandszen praat-vaars nieuwjaars-gift(ca. 1745)–Anoniem Hollandszen praat-vaars nieuwjaars-gift, Den– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Stem: Droefheid moet ons hert niet, enz. Of: 'k Ben in de tyd van negen dagen. 1. WAt kan grooter vreugde geven, Aan de Mensch in 't Aardsze leven, Als de knoop der zuiv're Trouw, Zo men het zoetste zoet wil vinden, Moet men zig in den Egt verbinden, 't Zoetst is tuszen Man en Vrouw. 2. Woordjes, die de borst doen blaken, Kusjes, die de herten raken, Lonkjes, vol van lieflyk vuur, Konnen alle pyn verzagten, Geven duizend blyde nagten, Maken jaaren tot een uur. 3. Ted're zugjes, voort gekomen Van twee Zielen, opgenomen Door een boven Aardsze vreugd, Geven Liefde kragt en leven, Doen op lipjes, Zieltjes kleven, Kweken staâg een nieuwe jeugd. 4. Roosjes van de kaakjes plukken, [pagina 152] [p. 152] 't Rood coraal der lipjes drukken, 't Smaken van de Nectar-douw, Van die Hemel-zoete stranden, Doen het vuur te meerder branden. Wie of zoeter wenszen zou. 5. Al die vreugd is ons beschooren, Met een lieve Uitverkooren, In deez' aangename tyd: Roosje voelje nog geen vonkjes, Van die kusjes, van die lonkjes, Daar zig ieder om verblyd. 6. Kom, ei! kom dan, volg die schreden, 't Spoor van die bekoorlykheden, Geef u tydig in dien Staat, Laat geen oogenblik verlopen, Tyd is met geen geld te kopen, Volg het ligt dier dagenraad. Vorige Volgende