Het vergeten
door A.H.J. Dautzenberg
Was ik een meisje geworden, dan was er niks aan de hand geweest. Maar ik ben godverdomme gezegend met een uitstekend geslacht. Een uitstekend geslacht en een vader die mij niet had willen verwekken. Psychologisch gezien geen handig begin.
Gelukkig hield mijn vader voet bij stuk. Geen halfslachtige oplossingen. Geen kinderen. Dat is tenminste nog iets. Heb ik een voorbeeld om na te volgen. Voor de rest is het vader-zoon gedoe afwezig in mijn leven. Geen kompas of negatief daarvan.
Niet dat ik daarmee mijn daden wil vergoelijken. Maar ze komen wel in een ander perspectief te staan, lijkt me zo. En daar gaat het nu om, voor zover ík het begrijp.
†
Zo raakte ik mijn vader kwijt, en ergens in de afgelopen jaren ook nog eens mijn ego. Ik heb overal gezocht, maar niets. Ego foetsie.
Balen.
Kijk ik nu in de spiegel dan weet ik niet wie ik zie. Het is een vage bekende die mij aankijkt. Het oordeel dat in zijn blik besloten ligt kan ik niet doorgronden.
Zeker, ik ben geen lieve jongen, dat weet ik ook wel. Nooit geweest. De feiten spreken voor zich.
Goed, iedereen heeft het over mijn misstappen, maar ik voel ze niet. Dat is ook een feit om rekening mee te houden.
†
Mijn vader is inmiddels dood. Gecremeerd. Vergeten.
Weer een voorbeeld dat ik probeer te volgen.
Met wisselend resultaat.
Soms ben ik misschien wat nonchalant in de afwerking. De details zal ik U besparen. U heeft het al moeilijk genoeg. Een oordeel vormen, is geen kattenpis.
Natuurlijk wilt U nu meer informatie, dat begrijp ik wel. Mijn antwoord: dat levert niets op. Hooguit een paar kubieke meter meer moreel drijfzand.
Bovendien draag ik de ethiek een warm hart toe. Overdrachtelijk gesproken dan. In echte warmte heb ik geen zin meer. Ik heb er niet langer het karakter voor.
†
Vanaf nu houd ik dus mijn mond. Ik probeer mezelf te vergeten.
En dat gaat lukken. Ik kan koppig zijn. Standvastig. Net als mijn vader kan ik voor muur spelen. Een Klaagmuur zo nu en dan misschien, ik hou mijn zwakke momenten, maar uit de stenen komt geen woord.
En daar gaat het om.
Ik zal voortaan zwijgen als een graf. Daarvan hebt U er al flink wat gezien.
Doden spreken niet.
Ik hoef alleen maar te vallen.