komen van de zon, geboorte, volwassenwording en huwelijk. De dood is ook een overgang, maar door het geloof in reïncarnatie is dit een cyclische passage naar een nieuwe vorm van leven. Hoewel de dood de moeilijkste overgang is die een mens moet maken, is ook een gestorvene nooit echt weg. Alleen weten wij die nog moeten sterven niet in welke parallelle wereld hij verder leeft, of in welke vorm.
In Japan is de idee algemeen verspreid dat de zielen van de gestorvenen in vlinders huizen zolang ze nog geen volgende bestaansvorm hebben gevonden. Maar ook andere dieren, bergen en bossen, rivieren en stenen kunnen bezielde wezens zijn, die gelijk met ons bestaan. Zelfs medemensen kunnen zielen uit een parallelle wereld zijn, die op ons pad worden gestuurd om ons te helpen een moeilijke overgang naar een nieuwe fase of een nieuwe vorm van leven te maken. Bij elke transitie of rite de passage zijn er zielen die de mens begeleiden of troost bieden. Deze zielen worden in Japan kami genoemd (hetgeen niets te maken heeft met de naam Murakami, maar een coïncidentie is waar de schrijver zich ongetwijfeld bewust van is). De basisgedachte bij dit alles is dat geenszins vaststaat dat onze werkelijkheid de enige werkelijke, juiste of hoogste is. De werkelijkheid is niet meer dan de enige realiteit die wij mensen kennen, en derhalve past ons nederigheid.
Het is dit perspectief dat aan de romans en verhalen van Murakami een diepere gelaagdheid geeft, die wij ‘magisch realisme’ noemen. In dit perspectief is het (ook voor een westerling) acceptabel dat bijvoorbeeld het vermogen om een kat te begrijpen als hij tegen ons praat, van de ene op de andere persoon kan worden overgedragen. Het zijn personages zonder angst en vrees, personages met een open geest, die deze vermogens kunnen ontwikkelen. Zoals de jongen Kafka, die de meest onwaarschijnlijke avonturen beleeft om volwassen te worden en in het reine te komen met zijn gestorven moeder en zijn dominante vader.
Vooral bij deze roman dringt zich de parallel op tussen het Japanse geloof in parallelle werelden en de sinds Freud in de westerse geest gewortelde opvattingen over de droom en het onderbewustzijn. Kafka op het strand kan in dit perspectief ook gemakkelijk gelezen worden als een uitwerking van het Oedipuscomplex, en als een verkenning van verschillende bewustzijnsniveaus tegelijk.
Murakami probeert in zijn stuk voor The New York Times de groeiende theorieloze acceptatie van zijn werk in het Westen te duiden. Hij zoekt de verklaring in de gapende kloof tussen de val van de Berlijnse Muur en de aanval op de Twin Towers. De eerste schok gaf de mensen hoop op een betere wereld, de tweede ontnam de mensen hun hoop weer. Door 9/11 is de wereld abrupt veranderd in een onherbergzaam en onveilig oord. Liefst willen we terug naar de tijd van voor 2001, en tegelijkertijd weten we dat dit uitgesloten is. Wij leven dus in een andere werkelijkheid dan die we kenden en waarnaar we verlangen. Zo staan we in een spagaat tussen de echte werkelijkheid (‘realiteit a’) en de verloren werkelijkheid (‘realiteit b’).
Realiteit a is een chaos, waar wij niet om hebben gevraagd. In deze chaos zijn vertrouwde structuren en wetmatigheden, en ook termen als realisme en magisch realisme, ons uit handen geslagen. Murakami gebruikt het beeld van een voorzitter aan het hoofd van de tafel, die is weggelopen; zelfs de tafel waaromheen wij geschaard zaten, is weg. In die toestand waar al het vertrouwde verdwenen is, kunnen schrijvers alles doen wat ze vroeger nooit hebben gedaan, en staan de lezers open voor alles wat hun wordt geboden, ook al lijkt het in niets meer op wat zij voorheen van romans en verhalen gewend waren. Ze herkennen de chaos in waar ze zelf door worden omringd, en beseffen dat deze chaos de werkelijkheid is. Daarom hebben zij geen enkele moeite de schrijver te volgen in zijn zoektocht naar een nieuwe ordening van zijn eigen chaotische wereld. Dat biedt de hoop dat het misschien nog goed komt met die nieuwe werkelijkheid.
Murakami stelt overigens dat precies dit altijd de functie van literatuur is geweest, want mensen delen verhalen met elkaar, en