Hollands Maandblad. Jaargang 2010 (746-757)(2010)– [tijdschrift] Hollands Maandblad– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 13] [p. 13] Ach, kon Rudy Kousbroek dit maar zien door Hugo Brandt Corstius Boze burgemeester beukte buik, billen, beide benen, bij biertent bouwende boer. ‘Beetje barbaarse baas,’ bauwde buurman boos. Daar dondert dure deur deerlijk dicht. Doen die duivelse dauwtrappers dat door douwende dijbenen? De duut deinst. Felle fabel foont feiten: focking feeks foezelt fauna fijn, fuuts fuik faalt fi- naal, feudale fietser functioneert fout. Giebelende goochelaar gaf guur geurende geilaard gauw guldens. Gij gel- ooft: God geeft ginds goede guichelaars gaaf goud! Hoe houdt hij haar hoge huur heel hoog? Huis had heus heibel. Historische hausse hielp het huwelijk. Jaujiesuu (Jieshe-baai) joelde: ‘Joosje, jouw jicht jeukt! Jezus jokte jaloers! Jij jaagt juist jeep! Juut jeint jullie.’ Kan komische keizer koel kijken? Kerken kunnen kaalkop keuren. Kuikens kauwen kuubs koolraap. Koude kinderen kiezen keet. Leidster Liesje leerde laatst lijzige loela Louise luursgewijs lopen: ‘Loop langs leuke lindelanen, luchtige laurierlanen, lelijke luilekkerlandwegen!’ Mijn mieren moeten meer muziek mogelijk maken. Maar mooi meisje met mauve mouwen meurt minstens muis. Muus! Nou nee: natuurlijk neukt nijvere Nederlander Nuur niksnutjes naast nog nuisantere nietsnutten. Noeste nood neigt nu nauwelijks. Poes pakte pouletje. Paus Petrus pikte puist. Politicus peigerde Peugeot. Publiek piekerde pijnlijk. Poolbeer paarde peeshond puur. Rook ringelde rustig, rouleerde roestvrij. Raddraaiers reden rijke reis. Rau- we Ruud riep reuzehard: ‘Ruil raar rot reetje.’ San Suu sijpelt sinds succes soort Seendkerkse soep, seudert saus, siert soms seizoenlang suiker saam: seksgericht souper. Taalkundigen tuurden toch té tam toen, tijdens tien toongevende tikken, teugelachtige touwen teer tussen teilen taugé tuimelden. Vier vaatjes vol vis voelden veugelende vijandige vuistjes. Vouchers voor Vaudeville verzorgden veiligheid: Veel vuur van vulkanen! Waarom wuiven wauwelende Weurvenhoutse wuten woest? Wie wist wat wuut wou? Wij weten weinig, worden weer woordloos. Zouden zuurkijkende zaakwaarnemers zondags zulke zuivere Zaubernach- ters zijn? ‘Zedig zoontje ziet zichzelf zeer zoet,’ zei Zeus zachtjes. Vorige Volgende