Deze maand
Bijna had hier gestaan: is april daadwerkelijk de wreedste maand? Maar het staat er niet, want sommige vragen zijn het niet waard om gesteld te worden, zelfs al branden zij op de tong. Natuurlijk, T.S. Eliot had het antwoord reeds gegeven voordat de vraag bestond: April is the cruellest month, breeding / Lilacs out of the dead land, mixing / Memory and desire, stirring / Dull roots with spring rain. Maar wij, die deze maand aan het graf stonden van J.J. (John) Peereboom, vanaf het begin een der drijvende krachten achter Hollands Maandblad, en aan het graf van Rudy Kousbroek, jarenlang medewerker van dit blad (vooral onder zijn pseudoniem Leopold de Buch), luisterden zwijgend naar het ontluiken van de wreedste maand. Wij beseften al te goed dat ‘The Waste Land’ gaat over ons achterblijvers, en meer in het bijzonder over ons eigen tekortschieten, en wel speciaal over ons tekortschieten vergeleken met degenen op wier schouders wij wankelen.
Bijna had hier gestaan: het overlijden van Peereboom en Kousbroek markeert scherper dan ons lief is het einde van een tijdperk in de Nederlandse intellectuele geschiedenis. Maar het staat er niet, want sommige open deuren moet men zelf niet binnen willen gaan. Er valt slechts vast te stellen dat Peereboom en Kousbroek behoorden tot een generatie van schrijvers die hun verwondering over de wereld wilden vangen in woorden. Nauwkeurige woorden, precieze woorden, heldere woorden. En omdat de wereld zo onnauwkeurig, zo onprecies en zo onhelder is, bleven zij schrijven zolang zij konden. Kousbroek berichtte niet lang geleden nog ‘Mag ik je benaderen als ik weer eens wat heb geschreven?’, en Peereboom heeft tot op het allerlaatst bijgedragen aan zijn rijke oeuvre in dit blad. Zozeer zelfs, dat het vanzelfsprekend is dat hij deze maand het laatste woord heeft.
Bijna had hier gestaan: het is geen vraag maar een antwoord dat onze tijd er een is van melancholisch stemmende ontintellectualisering. Maar het staat er niet, want het klinkt al te zeer als een ondergangsprofetie. Wij kunnen slechts vaststellen dat met Peereboom en Kousbroek een generatie verdwijnt die werd gedreven door het besef niet genoeg te weten. En dat daarna een generatie kwam die meende alles zeker te weten. En dat nu een generatie opdoemt die helemaal niets meer schijnt te weten. Dit verzin ik niet zelf, ik blader slechts door rapport van de Commissie Veerman over het hoger onderwijs. Daarin staat dat het niveau aan de Nederlandse universiteiten en hogescholen ‘te laag’ is, dat nogal wat docenten ‘niet goed genoeg’ zijn, en dat het ‘veel en snel beter moet’, anders ‘redden we het niet’. Wij lezen de krant, kijken soms tv, en hadden reeds een vermoeden.
Bijna had dat alles hier gestaan: maar het staat er niet, want april is niet alleen de wreedste maand, maar ook de vrolijkste. Deze maand werd Leo Vroman immers 95 jaar. Al een halve eeuw is hij de jongste medewerker van Hollands Maandblad. Wie hem leest, leert steeds opnieuw dat er niets waardevoller is dan verwondering over de wereld. Daarom is hier geen respect voor zekerweters en nietsweters, er is slechts achting voor hen die het vraagteken koesteren. - bb