Deze maand
Deze maand was een leerzame maand. Zo begreep ik eindelijk wat men bedoelt met de begrippen ‘kennissamenleving’ en ‘kenniseconomie’. De kennis waarnaar hier verwezen wordt, is niet wat we voorheen onder ‘kennis’ verstonden (of wat men in de rest van de wereld nog steeds onder ‘kennis’ verstaat). Vroeger was ‘kennis’ iets dat je al struikelend voorlopig veroverde op de werkelijkheid, iets dat altijd een wankel karretje was voor je begrip, omdat we steeds probeerden bestaande kennis te vervangen door net iets minder onzekere kennis. In de rest van de wereld denkt men dit nog altijd.
Moderne kennis in Nederland is anders. Die moet onwankelbaar zijn, die moet twitterbaar zijn, die moet de rotsvaste zekerheid bieden van een marketingfolder. Anders kunnen wij moderne mensen ons nergens meer aan vastklampen. Zoals minister Cramer van Milieu, die na uitglijders van klimaatkenners woedend riep dat zij zich ‘als politicus baseerde op wetenschap’ en juist daarom ‘geen enkele fout meer wenste te accepteren.’ Vele politici riepen het haar na. Met hetzelfde onbenul waarmee anderen het begrip ‘scepsis’ verdacht maken, alsof elke ‘klimaatscepticus’ - om een modern onzinwoord te gebruiken - te vergelijken valt met een creationist die de Holocaust ontkent.
De vraag is nu of de door wankele kennis geschokte politici ook zo opgewonden zouden hebben geroepen tegen Isaac Newton, Albert Einstein en Antoni van Leeuwenhoek dat ze ‘geen enkele fout’ meer wensten te accepteren. Dat waren immers kenniswerkers die in hun tijd verschrikkelijke uitglijders hebben begaan. Nu ja, zult u zeggen, dat was oude kennis, en wij moderne mensen, wij eisen moderne kennis! Daarin hebt u gelijk, en daarom is ons onderwijs ook gespecialiseerd in moderne kennis. Neem het Middelbaar Beroeps Onderwijs (mob), waar nog geen zestig procent van het personeelsbestand bestaat uit docenten, en de onderwijsinspectie bijna 600 opleidingen mocht kwalificeren als ‘zeer zwak’ of ‘zwak’. Dit is vrijwel evenveel als drie jaar geleden. Sindsdien is het vak ‘zelfreflectie’ door de rijksoverheid ingevoerd op alle mbo-scholen.
Geen wonder dat mbo-bestuurders zichzelf belonen als zij de studie-uitval weten terug te dringen tot slechts dertig procent. Een felicitatie waard, want dat is dichtbij de studie-uitval op hogescholen en universiteiten. De resulterende werkloosheid in Nederland onder jongeren tussen 15 en 24 jaar is met 64 procent bijna de helft hoger dan het oeso-gemiddelde van 43 procent. - Onderwijl schrijft de onderwijsinspectie beschroomd dat het ‘toezicht op de kwaliteit van examens in het hoger onderwijs regelmatig tekortschiet’, terwijl er aan de universiteiten ‘nauwelijks opleidingen zijn die excelleren’ en ‘de diepgang van hbo-opleidingen in het algemeen te wensen overlaat’. Slechts 48 procent van alle afgestudeerden vindt dat tijdens de studie hun kennis voldoende is getoetst.
De komende maand komt de Commissie-Veerman met een rapport over de stand van zaken in het hoger onderwijs. Naar verluidt, gaat de commissie ‘grote rotsblokken’ in de vijver gooien. Wellicht komt dan ook de vraag aan de orde wat de huidige bewindslieden nu precies de afgelopen vier jaar hebben gedaan op een departement dat voorop loopt in het verbreiden van moderne kennis. - bb