Hollands Maandblad. Jaargang 2006 (698-709)(2006)– [tijdschrift] Hollands Maandblad– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 22] [p. 22] Continuïteit Maria Barnas Het meisje loopt de trap op. Het meisje loopt op de trap met treden die zich bovenaan verdringen in een bocht. Ze loopt door ondanks het feit dat verandering hoogst onwaarschijnlijk is. We zien een glimp van haar voorhoofd, de huid bleek onder het lange haar evenwijdig met de treden. Ze kijkt voor zich uit terwijl ze de trap oploopt. Er loopt een meisje op de trap! Het zou een pruik kunnen zijn zo stil als dat haar hangt. Ze klemt een pakje onder de arm. Er gaat een pakje de trap op de treden een deur op de trap op de treden de enkels het meisje. Ze verandert niet zodra haar tenen de waaierende treden bereiken een waaier boven haar hoofd een deur zwenkt uit het donker uit het stille in haar wringt zich een bocht treden op schouderhoogte. Er loopt een meisje de trap op met een reden. [pagina 23] [p. 23] Er hangen larmoyante metaforen in de boom als dode zwanen Er is een leven dat zich verwijdert van het thema aan tafel, langzaam naar binnen groeit en al herhaalt mijn strottenhoofd een laryngaal verstrikt raakt in zichzelf (dat vogelzwart en dat je gedachten aan een boom hier uit bestaan, een zwerm die geen betere plek bedenkt) niets wil horen want alles herinnert aan de wil je wit en wijst vooruit of rood maar ik ben banger dat het dan geen zwerm is dan dat ik angst ken voor de dood ja rood graag. Er wordt soep van gevogelte geserveerd. Kan iemand die eenzame zwanen verjagen? Ze maken achten in de sloot. Dan zal ik de nachtboom in mij laten staan en wuiven. Beelden zoeken bij sereen. Ik mors vogels op het tafelkleed. Vorige Volgende