kenbijlage begonnen met een leesclub die deels in de krant, deels on-line klassieke boeken zou behandelen. De redacteuren schreven een paar weken over een roman, de lezers mochten op de website daarop reageren en de opmerkingen die de redacteuren het aardigst vonden, kwamen als beloning in de krant.
De leesclub begon met Het stenen bruidsbed, en de redacteuren maakten het zich daarmee gemakkelijk. Het is een boek waar veel over is geschreven. Iedere redacteur kon wel een aspect van deze roman voor zijn rekening nemen. De lezers die reageerden - zo'n twee dozijn - waren vol lof. Zo interessant! Zo geweldig! Men voelde zich gesticht. Er kwam geen discussie; niemand reageerde op elkaar. Geen wonder dat de leesclub na een paar boeken alle fut verloor en uitsudderde. Er kwam een koerswijziging: voortaan zouden nieuwe boeken worden gekozen, ook buitenlandse.
De chef boeken van NRC Handelsblad Pieter Steinz gaf de aftrap met een stuk over de Nederlandse vertaling van Jonathan Safran Foers Extremely loud & incredibly close, het verhaal van een jongetje dat vlak na de aanslagen van 9 september 2001 in New York op zoek gaat naar zijn vader Hij begon met het af te kraken, maar al lezende bleek hij toch in de ban van het boek te zijn gekomen. Hij vond alleen al die foto's en krabbels door de tekst heen afbreuk doen aan de roman. Hij meende ook dat er te veel werd ingespeeld op de sentimenten van de lezer.
De lezers van de digitale leesclub vonden het echter unaniem een geweldig boek. De visuele aspecten die Steinz naar de schroothoop verwees, werden juist aangemerkt als erg effectief. En velen waren enthousiast over de vele literaire referenties (zoals naar Slaughterhouse Five, or The children's crusade van Kurt Vonnegut), en over een mysterieus bijna onontcijferbaar sms'je dat in het boek wordt gestuurd.
Toen was Dirk van Weelden als ‘professioneel lezer’ aan de beurt. Die vond het ook een kinderachtig boek en hij achtte het een omissie dat Foer niets over de politieke toestand in de wereld ter discussie had gesteld. Hij vond als je 9/11 in je boek gebruikte, dat je het dan ook over Al Qaeda en de islam moest hebben. De roman had in zijn ogen helemaal niets met 9/11 te maken. Dat de leden van de leesclub juist hadden gemeld 9/11 op elke bladzij te voelen, had hij wellicht niet gelezen.
Het gemor op de site van de leesclub zwol aan. Waren dit nu professionele opinies van ‘professionele lezers’? Steinz kwam op bezoek om zich te verdedigen. Hij had wel degelijk ‘genoten’ van het boek, maar zijn negatieve opmerkingen waren bedoeld geweest om ‘een discussie over een literair werk op gang te brengen’. Maar hij moest toegeven dat de discussie van de leesclub hem aan het denken had gezet over zijn ‘mogelijk té argeloze manier van lezen’.
Hierna was nrc-redacteur Arjen Fortuin aan de beurt. Na zijn diagnose van de kloof tussen beroepslezers en plezierlezers gaf hij toe dat hij al lezend van mening was veranderd over het boek en sloot af met een zinnig eindoordeel. Alleen eindigde hij met een vraag ‘vanuit professioneel-wijsneuzerig perspectief’ (hij was op zijn hoede, maar wilde toch ook de kloof nog even inwrijven) waarin hij Extreem luid en Slaughterhouse Five met elkaar vergeleek. Foer laat volgens hem het beroemde beeld uit Vonneguts roman van de ‘omgekeerde film’ met de bommen die terugkomen in het vliegtuig in de laatste vijftig pagina's van zijn roman steeds weer in variaties terugkeren. Valt dat nog, sneert Fortuin, onder literaire verwijzingen of is dit het uitmelken van andermans idee?
Deze vraag slaat helaas nergens op. De passage in Vonneguts boek uit 1969 beschrijft een oorlogsfilm die wordt teruggedraaid omdat de hoofdpersoon hem nog eens wil bekijken. De lezer krijgt de film dus achterstevoren te ‘zien’. In Extremely loud schrijft de oma van Oskar hem een lange brief. Ze vertelt dat ze achterstevoren gedroomd heeft. Ze ging terug door de jaren, door de bombardementen op Dresden heen, naar de avond ervoor. De laatste avond dat ze veilig met haar zusje in bed lag. Bij het passeren van de bombardementen schrijft ze twee zinnen die naar de beroemde scène in de Children's crusade verwijzen. Dit gebeurt twintig bladzijden voor het einde. Op de laatste bladzij van het boek besluit Oskar de foto's die hij gedownload heeft van een man die uit een van de torens springt, achterstevo-