textualiteit met deze komedie over hebzucht, menselijke zwakte, vriendschap en liefde die alles overwint.
Intertekstualiteit is geen onbekend aspect in De Winters schrijverschap. Zo laat hij in zi jn roman De (ver)wording van de jongere Dürer (1978) weinig twijfel over het feit dat de tekst wat betreft opbouw en thematiek is gebaseerd op de Duitse novelle Aus dem Leben eines Taugenichts van Joseph von Eichendorff uit 1826, een tekst die in het boek ook expliciet wordt genoemd. Hetzelfde geldt voor Zoeken naar Eileen W. (1981), een Ierse liefdesgeschiedenis die De Winter heeft gemodelleerd naar de oud-Keltische sage Tristan en Isolde, een verhaal dat in het begin van de dertiende eeuw is opgetekend door Gottfried von Strassburg (op zijn versie van het verhaal zijn alle latere varianten gebaseerd). Ook in dit boek laat De Winter geen enkel misverstand over het onderlinge verband bestaan. Kevin, de geliefde van Eileen, krijgt The Tristan and Isolde of Gottfried von Strassburg, translated with Introduction and Notes and Connecting summaries by E.H. Zeydel in handen en schrijft haar daarover in een brief: ‘Op een aantal details na, die je misschien tijdgebonden kunt noemen, klopte alles. Marc, de wees Tristan die bij hem opgroeit, de rol van Isolde, op wie beiden verliefd zijn. Het is verbijsterend om te ontdekken hoe wij een verhaal, dat omstreeks het jaar 1210 ontstaan is, in de twintigste eeuw herhaald, nagespeeld hebben! Dat betekent dat er in de fundamentele menselijke verhoudingen niets veranderd is!’
Ditzelfde gebruik van een literaire inspiratiebron (en dezelfde visie op de menselijke natuur) ligt er duimendik bovenop in God's Gym. De hoofdpersoon van zijn boek heet Joop Koopman en woont in Venice, nabij Los Angeles. Als schrijver van filmscripts noemt Joop zich Joe Merchant, want niet alleen hebben de Amerikanen moeite met de naam ‘Koepm'n’, ook kunnen zij dan zelf het verband tussen Joop en Shakespeare leggen.
De verwantschap met Shakespeare lijkt een running gag in de familie van Joop. Zelf is hij zich ervan bewust dat hij bepaald geen Shakespeare is. Als hij zich op een dag niet kan concentreren op zijn werk, bedenkt hij: ‘Als je een aap maar lang genoeg aan een laptop liet werken - duizenden of miljoenen jaren lang - zou hij op een dag spontaan Shakespeares Merchant of Venice tikken, had [hij] ooit gelezen.’ Zijn dochter Mirjam - die hersendood in het ziekenhuis ligt en daar overlijdt - maakte hem ooit uit voor koopman van Venetië omdat ze geen zakgeldverhoging kreeg. Bovendien heeft ze het verhaal van de koopman van Venetië verteld aan God (een afkorting van Godzilla) van de Gym waar zij altijd ging trainen, en God laat dat Joop een keer merken. Hij trekt bij die gelegenheid een vergelijking tussen een detail uit het toneelstuk en de situatie waarin Joop en hij verkeren. Joop lacht erom, want hij vindt het leuk bedacht, maar verder natuurlijk onzin.
Probleem van Joop Koopman is, zeker na het vertrek uit de wereld der levenden van zijn dochter Mirjam, dat hij geen plots kan bedenken (net als de ook al met een writer's block worstelende Tom Green, ofwel Thomas Grünfeld, uit De hemel van Hollywood). Zijn joodse vriend Phil, die bij de Mossad werkt en nergens voor terugdeinst, doet hem een voorstel dat tegen zijn geweten indruist, maar er staat tegenover dat hij een kantoor krijgt waar hij filmscripts kan schrijven, waardoor er weer brood op de plank komt. Dus zwicht hij. Daar zit hij dan, met blanco vellen papier en scherp geslepen potloden, maar zonder inspiratie. Hij denkt aan de aap die vanzelf wel een keer de koopman van Venetië zal schrijven. Ook zijn Nederlands-Marokkaanse kennis Omar, de vermoedelijke terrorist die Phil met behulp van Joop wil liquideren, kan Joop aan een plot helpen. Omar wil zijn levensverhaal wel kwijt, en kan zelfs zorgen dat het met Saoedisch geld wordt verfilmd.
Even kijken hoe het ook alweer ging bij Shakespeares The Merchant of Venice. Bassanio, een verarmd Venetiaans edelman, is gevallen voor de mooie, rijke Portia en weet zeker dat het wederzijds is. Haar vader heeft evenwel vóór zijn dood zijn erfenis willen zekerstellen en zijn dochter niet ten prooi willen laten vallen aan allerlei aanbidders die alleen op zijn rijkdommen zouden afkomen. Om te beginnen moeten ze van goede en rijke komaf zijn, zodat ze niet voor het geld komen. Dan moeten ze kiezen uit drie kistjes, in één waarvan de toestemming voor het huwelijk zit. Portia ziet hier vreselijk tegenop. Ze heeft Bassanio al eens gezien en is duidelijk gecharmeerd van hem.
Bassanio wil aan haar hof ontvangen worden en vraagt daarvoor drieduizend ducaten te leen