brieken, 2,5 jaar en 30 nummers van Hollands Maandblad van enig letterkundig belang. Wie geneigd is tot somberheid zou kunnen menen dat het maandblad bij de NRC op een zwarte lijst staat, door die krant cultureel wordt geboycot en uit naam van de kunstredactie verbannen is naar een literair Robbeneiland.
Wie geneigd is tot vrolijkheid - en tot diegenen behoor ikzelf - zou kunnen menen dat het ostentatieve zwijgen van de krant die ‘net zoals de vpro’ pal wil staan ‘voor cultuur en wetenschap’ betekent dat schrijven voor en lezen van Hollands Maandblad bijna een daad van verzet wordt. (Misschien net zoals een der redactrices van NRC's tijdschriftenrubriek, Elsbeth Etty, onlangs in die krant proclameerde dat haar aanschaf van de verzamelde gedichten van Lucebert ‘een daad van verzet’ was.)
U zult denken: veel interessanter is de vraag hoe de NRC gedurende die 2,5 jaar de 135 afleveringen van de tijdschriftenrubriek heeft gevuld terwijl ze 30 nummer van Hollands Maandblad zwijgend liet passeren? Welaan, met recensies van de overige Nederlandse literaire tijdschriften, en met stukjes over diverse andere periodieken. Zoals over het belangwekkende Japanse magazine Cut, over het Amerikaanse glanstijdschrift Vanity Fair (NRC Handelsblad noteerde: ‘Vanity Fair is een smeuïg, dik blad waar je uren zoet mee kunt zijn’), over het popperiodiek Rolling Stone (NRC Handelsblad signaleerde: ‘In de nieuwste editie staat een omslagverhaal over “actrice” Asia Argento. Ze draagt een spijkerbroek, een hemdje met afzakkend schouderbandje en stiletto-pumps’) en over het Internettijdschrift voor scholieren Spunk.nl (NRC Handelsblad was van mening: ‘De artikelen en de columns op Spunk.nl gaan over te verwachten onderwerpen als schoolagenda's, “do's” en “don'ts” in de disco en pesten, maar ook over de milieutop in Johannesburg en over kunst. Natuurlijk is niet alles op Spunk.nl even lezenswaardig. Maar zelfs als een redacteur niet verder komt dan het beschrijven van zijn ochtendritueel, treft de toon’).
Hiermee komen we aan de kernvraag: waarom heeft NRC Handelsblad 2,5 jaar en 135 weken in zijn tijdschriftenrubriek wel aandacht besteed aan onder meer Cut, Vanity Fair, Rolling Stone en Spunk.nl terwijl men 30 afleveringen van Hollands Maandblad stilzwijgend voorbij liet gaan? Er zijn, denk ik, drie mogelijke antwoorden.
1 - NRC Handelsblad acht Hollands Maandblad zodanig onder de letterkundige maat dat bespreking niet aan de orde is.
Dit is alleszins mogelijk. Maar indien de tijdschriftenbesprekers van NRC Handelsblad werkelijk menen dat een groot en gevestigd tijdschrift als Hollands Maandblad (waarin publicaties zijn te lezen van talrijke NRC-medewerkers, zoals Arnon Grunberg, H.J.A. Hofland, Maarten 't Hart, J.J. Peereboom, F.A. Muller enzovoort) onder de maat is, verzaken zij hun journalistieke plicht de vinger te leggen op deze schrijnende literaire wonde. Zulk journalistiek mistasten is ondenkbaar voor de NRC. Dit antwoord lost het probleem niet op.
2 - De NRC-redacteuren die de tijdschriftenrubriek verzorgen (in het bijzonder Elsbeth Etty en Marjoleine de Vos) hebben een appeltje met mij te schillen.
Dit is alleszins mogelijk. Het kan zijn dat een opmerking die ik ongeveer 2,5 jaar geleden maakte in een andere periodiek, dat Elsbeth Etty niet bijzonder chique handelde door een boek van haar eigen promotor te recenseren, in persoonlijke zin is opgevat. En het kan zijn dat een plaagstootje mijnerzijds richting Marjoleine de Vos omdat zij tegelijk poëziejournalist was en in de Raad voor Cultuur de overheid adviseerde over de poëziepolitiek, verkeerd is gevallen. Maar ik ken beiden uit een vroeger leven, en weiger te geloven dat zij hun journalistieke plicht zouden verzaken vanwege persoonlijke appeltjes. Bovendien is De Vos behalve recensent van literaire tijdschriften ook redacteur van het literaire tijdschrift Raster, dus zij zal wel dubbel oppassen voor een vermenging van journalistieke en persoonlijke belangen. Dit antwoord lost niets op.