winkels stonden op de datumgrens. De klant wees producten aan die op woensdag in het rek lagen. De boodschappen werden dan via de toonbank op dinsdag aan de koper gegeven. De reclame-aanbiedingen van morgen konden vandaag al gekocht worden.’
‘De 180° werd bijgesteld?’
‘Ten noorden van Fiji trok men een schuine lijn naar het zuidoosten. Een correctie van zeven-en-een-halve graden tot aan de zuidelijke wateren van Nieuw-Zeeland. De dag van gisteren ging voortaan in een boog om Fiji heen. Vanaf dat moment liep er een stippellijn in de atlas door Tonga.’
Ik hoor de Mormoon op de achtergrond praten en doezel verder boven een tijdzone. De grens werd gesloten, de datumlijn bepaald. Fiji had zijn zin.
Maar hoe zat dat eind vorige eeuw met de Zevende-Dags-Adventisten op Tonga?
En toen verschoof de Mens een gedeelte van de datumgrens zeven-en-een-halve graden naar het oosten. Tijdens een dienst in een lokale Zevende-Dags-Adventistenkerkje in het koninkrijk Tonga werd de zaterdag plotseling zondag. De sabbat van de Zeven-en-een-halve-Dags-Adventist werd ruw verstoord.
‘En de Adventisten dan?’
De man van Mormon gaat rechtop zitten. Hij duwt zijn aktetas onder de stoel.
‘Die erkennen de laatste correctie van de datumgrens eenvoudigweg niet,’ zegt hij met een grijns. ‘Ze blijven trouw aan God, zonder de koning van Tonga te provoceren. Hun zaterdag wordt nu op de zondag van de koning gevierd. De dag daarna, op hún zondag, haalt het personeel van Taufa'ahau een krantje bij het benzinestation. De maandag-editie van Het Eerste Dagblad van de Aarde. Zo blijft de macht van God toch boven de wet van Polynesische vorsten verheven.’
‘Ik zie geen Adventist in het vliegtuig,’ zeg ik, ‘ik dacht dat er zoveel waren op Tonga?’
‘Die vliegen niet op maandag.’
‘Maar dat is toch hun zondag, voor hen een gewone werkdag?’
‘Onmogelijk,’ grinnikt de Mormoon, ‘althans, geen vluchten naar Samoa, want dan komen ze aan op zondag, op hun sabbat.’
De kudde van Mormon stapt uit in Fiji. Twintig Samsonites op doorreis naar Salt Lake.
‘Succes gisteren,’ grapt de datumspecialist. Hij schuift z'n businesscard onder m'n bord. Ik blijf achter in een halfvol vliegtuig. Ik krijg een hand van iedere Heilige der Laatste Dagen.
Ik ben op weg naar het punt waarover Jules Verne zweeg in zijn Reis om de wereld in tachtig dagen. Het propellervliegtuig van Air Pacific glijdt door het zonlicht naar West-Samoa.
Plotseling zie ik een wolk. Een aparte vorm. Twee ronde contouren verbonden door een smal tussenstuk.
‘Hoe lang vliegen we vanaf Fiji?’ vraag ik.
‘Anderhalf uur,’ zegt de stewardess.
Hier moet het dus zijn. De datumgrens! Ik heb er zojuist een dag bijgekregen. Vanavond kan ik nog een keer overdoen. Om acht uur staat Vava'u in de hal van het hotel in Tongatapu. Ook kan ik vandaag, zondag 7 juli, opnieuw beslissen of ik morgenochtend, op maandag 8 juli opnieuw naar Samoa zal vliegen. Weer terug naar gisteren, een eeuwig begeren naar de afspraak met Vava'u. Ik zal altijd naar morgen terugverlangen.
De zon verwarmt m'n voorhoofd. Ik tuur door het raampje. Het beeld van Vava'u, wachtend aan het eind van de startbaan, komt terug. Ik voel haar huid, een warme vochtige huid, een geur die ik nog niet van mezelf kende. Vava'u gaf me er een geur bij, vocht bij, zo vertrouwd, zo maagdelijk, dat ik schrok. Ze trok me over