eigen huis, is religie niet te onderscheiden van welke ideologie dan ook: met grote woorden legt zij duistere en dikwijls domme verbanden tussen wat goed is en waar.
A: Je reageert op religie alsof je gestoken bent. Ik bedoelde alleen een nadere versterking van het verband tussen verte en vrijheid dat jij aanduidde. Voor mij ligt er geen spanning tussen vrijheid en religie, in de zin dat echte religie echt vrij maakt, en dat zo alleen wetenschap kan ontstaan. Maar laten we de religie er dan buiten houden.
B: Het zou nog vermakelijk kunnen worden, brave Pölätüo! Beredeneren we nog even...
A: ...we zouden het er buiten houden...
B: ...de kleinste afmeting die kan bestaan. Veronderstel, zoals de kardinaal Pölätüo doet, dat wij in het centrum van het heelal zijn...
A: ...flauw, denk eerder aan Spinoza.
B: Dat houdt in dat we ons halverwege de twee oneindigheden bevinden - de grootste en de kleinste. Onze basis-afmeting is die van een menselijk ei, ofwel 10-2 cm. Wetenschap heeft ons geleerd dat de afmeting van het heelal 1028 cm is, wat 1030 keer zo groot is als een menselijk ei. Daarom is, in overeenstemming met de veronderstelling dat wij in het centrum van het heelal zijn, de kleinste afmeting 1030 keer zo klein als een menselijk ei, of wel 10-32 cm. Nietwaar, Pölätüo?
A: En nu ga je natuurlijk zeggen dat het lekker niet klopt?
B: Ja. De laatste inzichten in de grootte van quarks, die waarschijnlijk geen inwendige structuur hebben en dus een fundamentele grens schijnen te stellen aan de verdeelbaarheid van materie, wijzen op een kleinste afmeting van 10-16 cm. De kardinaal zal echter voldoende redeneerkunst in huis hebben om zijn veronderstelling over onze plaats in het heelal opnieuw zeker te stellen. En nu die sterren. Mijn zware sterren zijn ruim 1012 cm groot. Ze voldoen bijna aan de voorwaarde dat ze halverwege onze maat en die van het heelal zijn. De religie zou ze in het middelpunt van onze belangstelling kunnen plaatsen. Maar ik zou niet weten hoe je verder grapjes kunt maken over polytropen, heliumkernen en energieverliezen door foton-neutrino's. Beste vriend, met zulke begrippen speel ik, en terwijl ik vermoed dat ze toereikend zijn om het probleem op te lossen - dat geen onbekende fysica in het spel is - heb ik nog geen flauw idee hoe ik er uit moet komen.
A: Wat bedoel je precies als je zegt dat je er uit moet komen?
B: Dat ik begrippen zodanig met elkaar verbonden heb dat er een berekening valt te maken, of een redenering die op de logica van een berekening lijkt, die door anderen te controleren valt. Het is een proces dat aan de logica voorafgaat.
A: Uitstekend. Daar moeten we op ingaan. Je vermoedt dat de paar begrippen waarmee je speelt toereikend zijn en je probeert ze te ordenen tot ze een logische structuur aannemen. Dat spel heeft schijnbaar onlogische trekken.
B: Het heeft iets van een gokproces, Monte Carlo. Je probeert van alles. Wat je verliest is niet zozeer geld als wel chemische of elektrische energie, en als je even flink gespeeld hebt gloeit het op een klein plekje voor in je hersenen van au! Maar je kunt er geen goed beeld van krijgen. Misschien zet je op bepaalde combinaties vaak in. Tenslotte zijn die begrippen ook moeilijk te beschrijven spel-elementen.
A: Laten we daar later op terugkomen. Ik denk dat er aanknopingspunten liggen met wat gevonden is in de leerpsychologie. Maar eerst: wat drijft het spel, waarom wordt het gespeeld?
B: Ik zei je al dat het probleem met die zware sterren me fascineert. Ik heb er nogal wat in geïnvesteerd, tijd, hoofdpijn. Maar waarom?
A: Gewoon nieuwsgierigheid?
B: Nee, je wilt winnen, je wilt greep krijgen op die dingen, want door ze te begrijpen heb je ze in je macht - zoiets. 't Heeft iets onedels. Gelukkig zijn die sterren zo ver weg en zo anders dan onze planeet, dat je eventuele kennis niet kan leiden tot slechte toepassingen.
A: Of goede. Macht is niet zonder meer Machiavelliaans.
B: Altijd!
A: Dat zou dan terugslaan op je eigen activiteiten, zelfs als amateur. Maar zo is het niet - macht kan wel degelijk goed gebruikt worden. Denk aan de democratische staat. Denk aan Plato's Republiek en de rol van wijsgeren daarin.
B: We raken zo weer op een zijspoor, en dat is mijn schuld nu door over macht te beginnen. Maar Popper heeft de totalitaire trekken van Plato's Republiek uit de doeken...
A: ...zeer onrechtvaardig en onheus...
B: ...gedaan, en lees anders wat Schopenhauer...
A: ...de scheldende misanthroop...
B: ...over de rol van wijsgeren heeft geschreven. Macht corrumpeert ook wijsgeren.
A: Schopenhauer gooide zijn hospita van de trap en bestreed een filosoof als Hegel omdat hij een kroegbaastronie zou hebben gehad. Moet ik zo'n man serieus nemen? Popper heeft zich bezondigd aan intellectueel bedrog, logische fouten en trucs.
B: Ik zal er niet op ingaan, maar het is schandelijk wat je zegt. Hoeveel gemakkelijker is dit politieke vuurwerk dan de oplossing van een wetenschappelijk probleem! Ieder kan er aan meedoen en de kapper nog het beste. Maar niet ieder kan meepraten over wetenschap - je moet immers je eigenwijzigheid aan kant zetten en eerst een hele tijd goed kijken, luisteren en