Hollands Maandblad. Jaargang 1982 (410-421)(1982)– [tijdschrift] Hollands Maandblad– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 29] [p. 29] De wanhoop Waar zijn die mooie droeve dagen, waar is de wanhoop van weleer? Ik kan de voorspoed niet verdragen, de zomer drukt mijn stemming neer. Waar is de wanhoop van weleer? Toen ik nog reden had tot klagen, sloeg mijn leed in verzen neer. Waar zijn die mooie droeve dagen zo donker als novemberweer? Waar is de wanhoop van weleer? Waar zijn die mooie droeve dagen? Het leven geeft mij almaar meer: een vrouw en kroost, een volle kinderwagen, maar ik liet wel een struise veer. Waar is de wanhoop van weleer? Een mens moet worstelen en lijden. Dat zie je toch aan mij maar weer. Dus troost u, wie mij mijn geluk benijden: nooit schrijf ik zulke verzen meer als in die wanhoop van weleer. [pagina 30] [p. 30] Tekeningen van Georgien Overwater, liedteksten van H. Dorrestijn. 'k Heb dit geleerd al was het laat: de mens is kwaad en doet verkeerd. Maar wie terugmept hard en raak. hem grijpen ze wat minder vaak. Met kracht en streken vuil en goor houdt men ze in het rechte spoor. 'k Heb dit geleerd al was het laat: de mens is kwaad en doet verkeerd. Jij jongeling en stoere gast hebt van hun wreedheid weinig last. Jou lijkt de mens nog goedertieren: 't ligt aan je grote bek en spieren. 'k Heb dit geleerd al was het laat: de mens is kwaad en doet verkeerd. Met knuppels met een harde steel houd je ze aardig in 't gareel. Maar als je krachten gaan vervallen, springen ze op je met zijn allen. 'k Heb dit geleerd al was het laat: de mens is kwaad en doet verkeerd. Wie oud en ziek is en verzwakt, hij wordt met extra zorg gepakt, wordt uitgezogen en -gebeend. 't Raakt niemand als hij zachtjes weent: 'k Heb dit geleerd al was het laat: de mens is kwaad. en doet verkeerd. Vorige Volgende