Nee '67
Raoul Chapkis
Wat men vaak ten onrechte van de coïtus zegt, geldt wel voor deze verkiezingen. Weken van opwinding, andere levensfuncties verwaarloosd, enorme verwachtingen, versnelde hartslag. Dan is het eindelijk zover en wat blijkt? De ellende is nog precies zo als vroeger. Was hij/zij wel zo ideaal als we dachten? Of hadden we toch beter een ander kunnen nemen? Kijk die dáár eens gelukkig zijn. Ach, er zijn belangrijker dingen op de wereld. Het idee, dat we ons over een tijdje weer net zo zullen gaan opwinden. Is er dan niets tegen te doen? Zou het niet allemaal anders georganiseerd kunnen worden?
D'66 is niet het antwoord op de politieke crisis, maar het symptoom ervan. Bij de Boeren kon men nog denken aan N.S.B.-ers en andere Telegraaflezers die zich eindelijk durfden organiseren. D'66 is oneindig veel fatsoenlijker (waardoor ik dacht dat ze hun zes zetels niet zouden halen). Het sympathieke erin vond ik dat ze beloofden bij minder dan zes zetels ermee op te houden. Nu wordt het tijd voor een andere belofte: dat zij zichzelf, als hun nagestreefde hervormingen zijn ingevoerd, zullen opheffen. Immers hun politiek op buitenstaatsrechtelijk terrein mist een vergezicht. ‘Planning op middellange termijn’, jazeker, maar voor men kan plannen, moet men weten wat men eigenlijk nastreeft. Een auto voor iedereen, of een huis? In 1970 of in 1980? Een politieke partij moet meer zijn dan een veredeld planbureau, hoe onmisbaar een planbureau ook is. Velen die me vorige week nog haarfijn hun bezwaren tegen D'66 meedeelden (die ik meestal deelde) blijken nu (donderdag 16 februari) die bezwaren vergeten en blij te zijn met het succes van de ‘New Middle’. Gedeeltelijk komt die omslag voort uit de behoefte bij de winnaar te horen, maar gedeeltelijk ook uit het onmiskenbare feit dat deze verkiezingsuitslag wat de grote partijen betreft geen antwoord geeft op de vraag: wilt u het kabinet-Cals of Schmelzer? Die tegenstelling is trouwens niet zo groot als gesuggereerd. Zo heel anders kan dit land niet geregeerd worden dan het nu wordt. Het gaat om een paar procenten meer rechtvaardigheid, een paar procenten minder irritatie. Dank zij onze onverdiende schatten onder de voeten kan het nooit helemaal mislopen.
Wat moet nu gebeuren? Twee dingen. Ten eerste de vorming van een regering. Dit laten we gaarne de generatie van Beel c.s. oplossen. Het zullen wel weer de vanouds bekende gezichten worden. Doet de PvdA mee, dan betekent dat het einde van deze partij (waar ik, terwille van de duidelijkheid, op heb gestemd. Hun blad Opinie had me zelfs om een stukje gevraagd, waar ik ‘alles in mocht schrijven’. Dat vatte ik op als: ‘wat u ook schrijft, we nemen het’, maar dat bleek niet zo te zijn).
Het tweede is de omkneding van ons partijstelsel. De KVP lijkt nu wel murw genoeg om zich op te heffen. De PvdA zal daar moeilijker toe te krijgen zijn, maar zal in ieder geval alle banden met Vara, NVV en Vrije Volk moeten afsnijden. De specifieke voorstellen van D'66 trekken me niet. Districtenstelsel - wil iemand eens uitrekenen wat dat bij deze uitslag betekend zou hebben? Nog grotere misère? Verkiezing van een onafzetbare minister-president - alsjeblieft niet. Maar wel: grotere rol van het parlement, opheffing van allerlei onzinnige geheimhouding, verkiezing van burgemeester en commissarissen, kortom alles wat de burger kan bijbrengen dat democratie meer is dan om de zoveel tijd stemmen. Net zo als liefde meer is dan... of niet soms?
Resumerend: Na de kortstondige bevrediging zijn er twee problemen: een op korte termijn: wat gaan we nu weer eens doen? En een op lange termijn: zal er nog iets uit onze activiteit voortkomen? Wat het eerste betreft: het zal wel weer Zijlstra, of ander gekwakkel worden. Wat het tweede betreft: ik hoop er het beste van, maar m.i. moet niet de kieswet, maar de kiezer op de helling. En dat is een heel traag proces.