Vraag en antwoord
Raoul Chapkis
Vraag: Hoe drinkt men champagne?
Antwoord: Volgens ware en galante champagnegenieters is er maar één werkelijk volmaakte manier om champagne te drinken: uit een goudzijden damesbroekje... Deze even hoofse als speelse trouvaille werd gelanceerd in de jaren toen het leven voortdartelde zo licht als champagnebelletjes, de Edwardian Days, door een Russische grootvorst aan een diner in Londen in gezelschap van de toen zeer beroemde schoonheid, de danseres Ruby Miller. Aan het dessert vroeg hij haar eerbiedig haar fameuze goudzijden broekje te leen. De grootvorst hield de sommelier dit elegante kledingstuk voor en de sommelier, die een Italiaan was en een dergelijke geste best wist te waarderen, vulde het met schuimende champagne. Uit dit pikante glas dronk de grootvorst zijn tafeldame toe. Sindsdien drinkt een heer in de ware Edwardian zin des woords zijn dame toe uit haar goudzijden broekje (en stuurt haar, net als die grootvorst deed, de volgende morgen een dozijn nieuwe broekjes toe, met vijfhonderd rode rozen...).
Vraag: Ik beken het met een zekere schaamte: ik weet niet hoe ik mes en vork moet hanteren. Natuurlijk weet ik wel hoe ik ermee moet eten, maar het is mij onbekend hoe ik beide attributen tijdens en na de maaltijd op of naast mijn bord moet leggen.
Antwoord: Als u pauzeert voor een dronk of in afwachting van een tweede bediening mes en vork laat rusten, worden ze kruislings over elkaar gelegd, mes van rechtsonder naar linksboven, vork van linksonder naar rechtsboven. Vork met tanden over het mes, de punten van de vorktanden rusten op het bord (vork ‘dicht’ volgens de vaktaal), mes met de scherpe kant naar links. De steel van de vork en het heft van het mes mogen maar voor een klein gedeelte buiten het bord steken. Het is geheel incorrect om mes en vork met de gebruikte punten op de rand van het bord te leggen. Aan het einde van een gerecht of diner wordt de vork ‘dicht’ links van het mes gelegd, aan de rechterkant van het bord, de scherpe kant van het mes naar de vork gekeerd. Simple comme bonjour, zoals men in Parijs zegt, maar leuk om te weten, én toe te passen.