door hoge sneeuw op een Russische Alp, op een rugzak stuiten, waaruit een dagboek tevoorschijn komt waarin een tocht beschreven staat naar een bergtop, ergens in Georgië, langs een weg die nooit eerder begaan was. Beloofd wordt vervolgens dat de inhoud van het dagboek, de dramatische tocht dus die daarin beschreven staat, zal worden gereconstrueerd. O.K., dat kan interessant zijn. Om te beginnen worden we voorgesteld aan de leden van de groep, een vader en zoon, en nog een paar anderen, allemaal met naam en toenaam. Niet duidelijk wordt, of dat toevallig de werkelijke beklimmers zijn, of stand-ins, voor het filmverhaal, maar goed, de belangstelling is gewekt. Daar gaan ze op weg! Sjokke sjokke sjokke, mooi hoor, al die natuur en die gevaarlijke afgronden, en nu maar niet bedenken dat de cameraman op drie meter afstand, dus met één been in die afgrond zelf, op zijn gemak staat te filmen, Tenslotte is men nog vierhonderd meter van de top af, wordt er dramatisch maar nog altijd gevoileerd gemeld. Een peuleschilletje, denkt men, één keer de sintelbaan rond in het stadion, maar zo is het natuurlijk niet! De helden zijn vermoeid, alleen de vier sterksten gaan naar de top, onder wie de vader, maar niet de zoon. ‘Er zal op zo'n moment heel wat in zo'n zoon omgaan’, denk je gedwee, maar godzijdank (leninzijdank, zo men wil), de top wordt bereikt, vier houwelen staan eendrachtig tegen de hemel aan in het sneeuw gestoken, nu nog terug. Zullen ze het halen? De eenmaal gewekte spanning wordt bijna ondragelijk. Uit de voorgeschiedenis bleek al wel, dat niet alles even voorspoedig verlopen is (de gevonden rugzak, met het dagboek dat plotseling afbrak!), maar wie van de vier hebben het niet gehaald, alle vier niet, de vader niet of die als enige juist wel?, en hoe was het toen de zoon te moede?, vertel
verder, vertel verder! Maar het filmpje vertelt niet verder. Het begint flink te waaien op de top, de houwelen, die eerst zo fier tegen de hemel stonden afgetekend, lijden aan verzakking, en we begrijpen: met de eigenaars van die houwelen gaat het nu ook niet zo best. Dan krijgen we, terwijl de muziek aanzwelt, nog even de hemel te zien, en de commentatorstem zegt dat ons ondanks het feit dat er wel eens slachtoffers vallen, toch weldra weer nieuwe veroveringen te wachten staan in het berggebied. De muziek wordt nu oorverdovend, en op het scherm wordt het woord konec geprojecteerd, wat naar ik toevallig weet einde betekent. De film is uit. Nooit zullen we te weten komen hoe het is afgelopen met die mensen aan wie we eerst zo uitvoerig zijn voorgesteld. Ze zullen wel doodgevroren zijn, maar dat had ik dan wel graag even gehoord. Russen hebben aan zulke nadere gegevens blijkbaar geen behoefte. Er is al genoeg ellende in de wereld, en nu kunnen zij altijd nog denken dat althans de vader, zij het met bevroren tenen, nog bijtijds door zijn zoon gered werd. Dat heet sociaal-realisme, ze zijn er erg op gesteld in Rusland.
Groot nieuws! Pieter heeft zich verloofd!
In Wending heeft prof. Patijn geschreven dat het koningshuis in Nederland onbedreigd is, en dat er daarom rustig over geschreven kan worden. Het is een standpunt, al denk ik dat hoe bedreigder het koningshuis is, hoe meer er over geschreven zal worden. Zo zijn we wel. Je krijgt trouwens vaker de indruk dat men er eerder voor terugschrikt in kritische zin (want daar gaat het natuurlijk om) over ‘onbedreigde’ instituties te schrijven dan dat men dat ‘onbedreigd zijn’ als een aanmoediging beschouwt. Neem bijvoorbeeld Toon Hermans, grotere institutie is niet denkbaar, of het zou Luns zelf moeten zijn. Grote Toon is heilig, niet zoals Jezus die de wisselaars met de zweep de tempel uitjoeg (dat is Wim Kan, sommige Lutheranen denken zelfs dat dat Rinus Ferdinandusse is), maar als de Moeder Maria, wat trouwens meer in overeenstemming is met zijn geloof. Toon is onschendbaar, maar toch, als men zo'n show van drie uur objectief bekijkt, resteert er toch niet veel meer dan een kwartier van werkelijke kwaliteit. In één uitzending van Zo is het zit niet minder creativiteit verwerkt dan in zo'n hele Hermans-show, maar degenen die dat ook zien (de televisiecritici bijvoorbeeld) voelen zich wel genoodzaakt hun bedenkingen goed gedoseerd en een beetje gecamoufleerd neer te schrijven, omdat je nu eenmaal niet raakt aan het onaantastbare. It's not done. Wie ben ik, denkt de criticus, om weer als enige in den lande Toon niet om te bescheuren van de lach te vinden? En hij windt zijn oordeel als een mummie in welriekende, balsemende lappen. Hoe onbedreigder, hoe onaantasbaarder iemand is, hoe moeilijker het valt hem te kritiseren. Het feit dat prof. Patijn toch over
ons koningshuis schrijft bewijst dus, dat het wel degelijk bedreigd wordt. Een sensationele ontknoping.
Kop van het jaar, in het Algemeen Dagblad: ‘Buiklanding met gevolg van prinses’. Met goed gevolg, zullen we hopen.
Wij zijn echt geen volk van humoristen, schreef TAX in het Algemeen Dagblad. Ik