Tentoonstellingen
Moeilijk van dit overzicht is, dat een aantal exposities, terwijl ik dit schrijf, nog net niet begonnen zijn, ik heb ze nog niet gezien maar weet al bijna zeker dat er verrukkelijke bij zijn. Waar mogelijk zal ik op de gok aanbevelingen uitdelen.
In amsterdam is nog tot 20 juli André Masson, schilder die (als ik mij goed herinner van een lang geleden bij De Slegte verkrijgbaar plaatwerk), ook arts was: een man met kwaliteiten in composities vol dooreen kronkelende figuren, maar weinig origineel - makkelijk aanhanger van wat in de moderne kunst-lucht hangt, geen uitvinder. Tot 6 juli Alfred Jensen, geometrische figuren maar dan eens niet glad, juist erg dik geschilderd, en ongewoon lelijk van kleur. Beiden in het Stedelijk, waar vanaf 22 juni ook Amerikaanse pop-art komt, die men, al was het maar om het verschijnsel niet mag missen; bovendien zal het waarschijnlijk erg leuk zijn. Ook nog niet gezien: oude tekeningen bij Bernhard Houthakker; kan niet anders dan goed zijn, gezien vorige collecties. En in het Rijksmuseum komen Nederlandse tekeningen uit Franse collecties - volgens iemand die de collectie kent indrukwekkend.
In den haag begint binnenkort de lang verwachte tentoonstelling van de nieuwste ‘realisten’, gedurende twee jaar door W.A.L. Beeren voorbereid: stellig zeer de moeite waard. Terzijde: de plotseling in Amsterdam komende pop-art, over te nemen van Pontus Hulten (destijds candidaat-opvolger van Sandberg) zal deze Haagse expositie gedeeltelijk overlappen; is een beetje museaal overleg niet gewenst, met name nu de plannen van Beeren al zo lang vaststonden èn bekend waren? In haarlem is voorlopig de nieuw ontdekte Frans Hals te zien, die nu na de ontdekking van E. de Jongh toch vrijwel zeker een Jan Hals is, wat het schilderij niet verandert maar wel de waarde en de blijheid van de heer Baard. In het leidse Museum voor Volkenkunde een naar de titel te oordelen aanbevelenswaardige expositie: ‘Bisonjager en bleekgezicht’. In utrecht, kunstzaal De Reiger, twee nieuwe schilderijen van Pyke Koch, die zo zelden in Nederland exposeert dat het daarom al de moeite waard is erheen te gaan; bovendien heeft een van twee, een grandioos doek van ‘Drie vrouwen’, een volslagen herhaling in een der figuren van de uit 1931 stammende ‘Bertha van Antwerpen’: curieus om dit somber, star wijf, blijkbaar even leeftijdloos als stripfiguren, onveranderd terug te zien. Koch's werk wordt begeleid door een zaal tekeningen van William D. Kuik, prachtig, zoals kenners van Slachters Keesje mochten weten. Tot 6 juli.
A.T.