| |
| |
| |
Korte commentaren
Corver's Reveil
De vernieuwing van de V.V.D. is in volle gang. Wie daaraan twijfelt, hoeft niet de moeite te nemen om Liberaal Reveil te lezen. Hij kan het doen met de mededeling van het Tweede-Kamerlid Corver, dat de meerderheid van de liberale fractie minister Visser zal ‘loslaten’. Een half jaar geleden verklaarde de penningmeester van de V.V.D. hetzelfde, maar toen gebeurde er tot ieders verbazing helemaal niets. Voor de heer Van den Bergh moet er iets troostrijks schuilen in het nieuws van de heer Corver. Ten slotte krijgt hij toch nog gelijk, al is het een beetje laat.
Er zit dus schot in de V.V.D. Wat in het voorjaar niet kon, is nu wèl mogelijk. De meerderheid van de Tweede-Kamerfractie gaat zich op de valreep vernieuwen. Electorale redenen zijn natuurlijk niet aanwezig, het zal een zuiver idealistische affaire zijn, dynamisch en volkomen in overeenstemming met de moderne tendensen van de V.V.D.
Of ir. Visser aanblijft als minister of aftreedt, doet er weinig toe voor de heer Corver c.s., want het kabinet is zijn einde nabij. Maar het wordt dan toch dè politieke daad van een meerderheid die, op enkele uitzonderingen na, sedert 1959 nogal armzalig en moedeloos met het kabinet is meegesukkeld. Vandaar waarschijnlijk, dat het subtiele plan wordt aangekondigd. Ten aanzien van de algemene kinderbijslag is de heer Corver zwijgzamer geweest. Dat was hij trouwens bij de debatten ook.
Hoewel Toxopeus officieel nog geen lijstaanvoerder is, zou men kunnen veronderstellen, dat de verdwijnende fractie hem heeft geraadpleegd. Ten slotte zal hij en niet de heer Corver (die dat ook niet kan) de verkiezingscampagne moeten leiden. Staat Toxopeus achter dit plan of is hij niet geraadpleegd? Het lijkt mij een vraag, waarover men in de kringen van het reveil eens goed moet nadenken.
Er is bijna geen mens in Nederland, die hoopt of zelfs maar verwacht, dat Visser ooit weer minister zal worden in enig kabinet. En terecht. De liberale Tweede-Kamerfractie ziet echter nog wat in deze man. Nogmaals: niet om electorale redenen. Misschien worden een paar laaggeplaatsten (mr. Berkhouwer bijv., die niet zo tevreden is) beloond met een beter plekje op de kandidatenlijst.
Men ziet het, de vernieuwing is in volle gang. Wie dit niet erkent, is te rood voor deze partij. Een scheurmaker.
A.F.L.
| |
Politieke brei
In een interview met het Algemeen Dagblad heeft de socialist Vondeling een paar kritische opmerkingen gemaakt over de Nederlandse politiek en de Nederlandse politicus. Hij zei onder meer: ‘De tienminutenspeech van de Engelsman, die alles glashelder stelt, bestaat hier niet. De Kamerleden en de ministers kunnen niet kort en krachtig zijn. Het is een nationale kwaal.’
Een voorbeeld hiervan waren verleden week de algemene politieke beschouwingen (eerste termijn) in de senaat. De Eerste Kamer is geen zuiver politieke Kamer en mag het nooit worden ook. In bepaalde omstandigheden echter heeft de politiek er een zwaarder accent, vooral wanneer de Tweede Kamer te kritiekloos of te vluchtig is ten opzichte van het regeringsbeleid of wetsontwerpen.
Deze laatste keer vóór de verkiezingen had men mogen verwachten, dat de senatoren zich kort en kernachtig zouden uitspreken over actuele kwesties, die van betekenis zijn of zullen worden. Men hield echter slechts vage beschouwingen, die matig geargumenteerd en vrij langdradig waren. Met enige zelfbeperking (de antirevolutionair Anema was hierin altijd een meester) had men in één dag met alles klaar kunnen zijn. Door het overlijden van prinses Wilhelmina zal de minister president pas op 11 december antwoorden. Dan volgt nog de hele begrotingsbehandeling, een eentonige doublure, die erg veel tijd van de ministers vergt. En zo ontstaat de politieke brei, waarover Vondeling sprak, de brei, die het parlementaire werk voor de buitenstaander is.
Er zitten enkele intelligente en hoogstaande mensen in de senaat. Maar wat een last zou er niet van de ministers, de staatssecretarissen en de departementen worden afgenomen en wat een energie zou er niet vrijkomen voor andere initiatieven, als de Eerste Kamer eens besloot tot een uiterst korte behandeling van zaken, die toch geen keer nemen. De kwaliteit zou er zeker niet onder lijden.
A.F.L.
| |
Telethon I
Er zijn stemmen opgegaan die van massapsychose spraken, en natuurlijk is dit niet onjuist. De mensen stonden met kalfjes, fazanten, konijnen urenlang in rijen te wachten tot ze het beest persoonlijk aan Mies ter hand konden stellen. ‘Lieve mensen, het gaat toch om het doel, om het bouwen van ons dorp, gooi het toch in de bus dan komt het allemaal terecht!’ - woorden van deze strekking werden door dr. Klapwijk en
| |
| |
tientallen andere functionarissen van de AVRO met verve uitgesproken, maar ondertussen kwamen de mensen met spandoeken waarop Leve Mies stond i.p.v. Leve Het Dorp, of Leve de Invaliden, en studenten zongen Zonder onze Mies kunnen wij niet leven, terwijl zoiets als Zonder Het Dorp kunnen de invaliden niet leven misschien passender zou zijn geweest. Maar wie moeten wij daarvan een verwijt maken? De mensen? De mensen kwamen in groten getale opzetten, en zoals men weet zijn de mensen in groten getale dom, - vriendelijk maar dom. Weten ze veel dat het jaren duurt voordat zo'n dorp er is! Zij pakken zonder verder overpeinzen het dichtstbijzijnde varken en spoeden zich ermee naar de RAI. Eenvoudige mensen werden overrompeld, gepakt door het idee iets goeds te kunnen doen, door twee eenvoudige manoeuvres: het lucifersdoosje en Mies. Wat mogen we van ze verwachten? Mies Bouwman stond daar, 23 uur achtereen, met haar ontwapenende onbevangenheid, steeds met zorg maar zonder overdenking het juiste antwoord te geven op ontroerende, ook hulpbehoevende, soms irritante blijken van medeleven, - wie zou daar weerstand aan moeten bieden? Bob Bremer, regisseur van de AVRO, had de nederige taak urenlang mensen af te schepen omdat het echt niet kon: met z'n allen op het podium! Ik vond het een verschrikkelijke job, niet omdat die mensen zo hinderlijk opdringerig waren, maar omdat het vaak zo sneu, zelfs zielig was ze af te schepen; bij velen baande de opgekropte spanning zich een uitweg via huilbuien of diepe verslagenheid. Waren al die mensen camera-ziek? Wilden zij zich in al hun glorie aan den volke tonen? Er waren erbij, natuurlijk. Maar hoevelen waren er ook niet die met geld van collega's kwamen, en in hun simpelheid vreesden voor leugenaar of geldachterhouder te worden aangezien als
ze het geld niet openlijk aan Mies hadden aangeboden? Voor hoevelen was het niet de camera, maar Mies, de verpersoonlijking van Het Dorp, naar wie ze toewilden? Typerend was de graagte waarmee men in een andere hal zich verdrong om de vrij onbekende Lonneke Hoogland, of om Ageeth, die uit naam van Mies het geld ook wel wilden aannemen. Aan iedereen had men het wel willen geven, desnoods aan Gerrit den Braber, die geen moment uit het beeld verdween, als het maar niet in die dooie bus hoefde. Als deze uitzending iets bewezen heeft, dan is het dat het intermenselijk contact door de televisie sterk verhevigd wordt. Ja maar, als Mies nu eens een dictator was geweest, zeggen de sceptici. Ja dan... Maar hetzelfde geldt voor de atoomkracht
en de bromfiets, - zodra ze in verkeerde handen vallen loopt de mensheid gevaar. Is het een te gewaagde conclusie te stellen, dat iedere onechtheid, iedere onoprechtheid door de gevoelige camera's (leugendetectors bij uitstek) geregistreerd worden en de kijkers de ogen doet openen? Dictators die eindeloos hun volk via de televisie toespreken en tot enthousiasme brengen, zullen we scherp in het oog moeten houden. Zij zouden wel eens het recht aan hun zijde kunnen hebben!
N.S.
| |
Telethon II
Dat Mies een nationale figuur is geworden is niet zo verwonderlijk, want tenslotte was ze al een eind op streek, dankzij de televisie en een groot aantal showings op allerlei soorten avonden in den lande. Een ander geval is het met dr. Klapwijk. Wie kende hem, voordat het Grote Gebeuren plaatsgreep? Achteraf blijkt, dat hij allang actief doende was geld in te zamelen, zo energiek ook dat hij niet voor de tweede keer bij de NCRV hoefde aan te kloppen voor zijn Dorp, omdat deze omroepvereniging kort tevoren al een andere radio-actie voor hem gevoerd had. Ook de NTS klampte hij aan, zonder resultaat, en wie weet had hij nog wel meer omroepverenigingen gepolst voordat hij tenslotte bij de AVRO terechtkwam. Op zichzelf is dat al een indicatie dat hem in het begin nog niet duidelijk voor ogen stond wat voor actie hij wilde, want een 23-uursactie met een ander dan Mies Bouwman als middelpunt is natuurlijk ondenk- | |
| |
baar. Men mag er niet aan denken dat bijvoorbeeld Johan Bodegraven onvermoeibaar 23 uur in het beeld was gebleven, terwille van het goede doel, dat wel. Dr. Klapwijks aandeel in de strijd moet intussen niet onderschat worden. Ook hij was de volle 23 uur in touw (en langer), hij waakte over zijn leidsvrouwe als de ganzen over Rome, werd kribbig op den duur en ongeduldig, maar vergat toch nooit de juiste, sussende woorden te spreken, waaruit steeds viel af te leiden dat alles gebeurde om wille van Het Dorp en de invaliden. ‘Niet wij, maar Het Dorp’... Dat hij heilig geloofde en gelooft in zijn taak, viel af te leiden uit zijn opmerking een kleine twee weken voor de marathonrace tijdens 't televisieforum over het Softenon-proces, dat ook de Softenonkinderen ‘vrolijke mogelijkheden van levensgeluk’ hebben!
N.S.
| |
Telethon III
Deze ‘Open het Dorp’-actie overspoelde Nederland. Televisie en radio boden kijkers en luisteraars 23 uur lang geen uitwijkmogelijkheden en geld, goederen en de goede gevers zelf stroomden binnen. Nooit eerder had Nederland zich zo massaal aaneengegord... Nooit eerder? En na de Februariramp dan, in 1953? De televisie bestond toen pas een kleine anderhalf jaar in ons land, het aantal kijkers was miniem. Visueel werden we nog niet zo in het hart getast als nu, tien jaar later, bij Het Dorp. Tot nu toe is een som van 13 miljoen bijeengebracht voor dit invalidendorp. Een formidabele som, die in het niet zinkt bij de opbrengst voor het Nationaal Rampenfonds in 1953: f 138.852.000, -.
N.S.
| |
Telethon IV
De meest bewonderde vrouw in Nederland is zonder de geringste twijfel Mies Bouwman, en De Telegraaf heeft niet verzuimd met ons mee te zeilen in de goede windrichting. Het is nog niet zo lang geleden dat de verhouding: Mies - Telegraaf zeer gespannen was. Henk had aan het kraambed van Mies een interview verzonnen, Mies had Stokvis gedreigd een eeuwigdurende pennestrijd met De Telegraaf te beginnen (en men onderschatte haar fijngeslepen ballpoint niet waarmee ze nu in Televizier wekelijks een
| |
| |
rubriek gaat verzorgen), Henk schreef met grote letters in z'n krant dat de mensen uitgekeken raakten op steeds dezelfde gezichten waarbij hij Mies Bouwman (‘Die ik overigens zeer bewonder om haar...’ - zal hij er wel bij hebben geschreven) als treffend voorbeeld aanhaalde, maar Mies bleef, zag en overwon, en Henk van de Telegraaf trok daar bijtijds zijn conclusies uit. Ook hem moeten we niet onderschatten. Zijn ijver is spreekwoordelijk, ook geneert hij zich niet in het minst om bijvoorbeeld op persconferenties van de AVRO te verschijnen. Klassiek voor zijn ijver is het verhaal dat op de Lange Voorhout bij een ambassade was ingebroken, niemand kreeg te weten bij welke ambassade, Henk belde huis aan huis aan met de vraag of hij inlichtingen kon krijgen over de inbraak, net zo lang tot verbaasd wenkbrauwoptrekken zich afwisselde voor een hooghartig: ‘Daarover verstrekken we geen inlichtingen’, en toen wist-ie 't. Ik geef het verhaal als kenmerkende anekdote en sta niet in voor de volle waarheid ervan. Zeker is in ieder geval dat hij en z'n maat op een persconferentie van de NTS de microfoon ontdekten die onopvallend op de bestuurstafel stond. Op de vraag waarom (er was een kwestie met de VPRO, die niet uitgenodigd was) werd geantwoord dat er slechts sprake was van een bandopname om het werk van de secretaris te vergemakkelijken, Henk en zijn maat verhieven zich van hun stoelen en gingen naar buiten om te constateren dat daar een radiowagen stond waarin Henk van Stipriaan de ondergeschoven radioreportage van de persconferentie al zat voor te bereiden, en de reportage moest onder druk worden afgelast. Op dinsdagochtend (de actie was toen nog maar enkele uren op streek, De Volkskrant kwam nog met een redactioneel commentaar waaruit bleek dat men zich verkeken had op de Anklang van deze
marathonuitzending) had Henk al een exclusief interview met Mies, die gezegd schijnt te hebben: ‘Voor Het Dorp zet ik alles opzij’. De uitzending was nog maar nauwelijks afgelopen, of een fraai geïllustreerde biografie van Mies (verteld aan Henk) vulde een volle pagina, alsof Mies al niet genoeg had gedaan terwille van Het Dorp. Met recht kan gezegd worden dat het Nederlandse volk één was voor dit ene goede doel.
N.S.
|
|