spelletje kon zijn. Het boek is een intelligente constructie, zo schrijft hij ongeveer, een knap schema van een roman, dat een romanschrijver had moeten uitwerken, typisch de roman van een criticus die uit zijn lektuur de mogelijkheden heeft leren kennen zonder er iets mee te kunnen doen.
Het is zo gegaan. In het jaar 1960 had ik nogal wat boeken kritisch gelezen en dacht kom, dat kan ik ook. Een schema was gauw gemaakt, maar voor het invullen vond ik, bezig met kritiseren, nauwelijks tijd. Ik ben toen in 1961 een tijdje op een Grieks eiland gaan wonen, en daar heb ik het vervelende vulwerk verricht, hoofdzakelijk om mijn vakkundigheid te bewijzen. Ik heb nog een paar scenario's liggen. Mocht een romanschrijver er belangstelling voor hebben, dan sta ik ze graag tegen een behoorlijk honorarium af.
H.J. van het Eindhovens Dagblad stelt zichzelf en mij moeilijke vragen. Waarom is mijn hoofdpersoon museumdirecteur en geen bioscoop-eigenaar? Inderdaad, waarom bezit hij eigenlijk geen bioscoop? En waarom bezitten noch H.J. noch ik een bioscoop? Dit zijn de vragen die men zichzelf en anderen dient te stellen. Maar H.J. gaat nog veel verder. Hij schrijft: ‘Deze op zichzelf al bespiegelende opzet wordt nog abstracter doordat de zaak ons wordt gepresenteerd in monologen, brieffragmenten en bekentenissen. Voor een romanschrijver is dit al een dubieus en steriel uitgangspunt. Zijn taak is voor en na zijn thema tot leven te wekken. Dat kan uiteraard het best gebeuren door het te laten leven.’
Het is onomstotelijk waar, voor en na kan men een thema het best tot leven wekken door het te laten leven (wat gebeurt er precies tussen voor en na?) en monologen, brieffragmenten en bekentenissen zijn een zowel steriel als dubieus uitgangspunt. Iedereen in Eindhoven weet hoe steriel bekentenissen en hoe dubieus monologen zijn. Om over brieffragmenten niet eens te spreken. Ik wilde, dat ik voor ik aan mijn boek begon H.J. had geconsulteerd. Ik kom te weinig in Eindhoven.
Max Nord is een onvermoeibaar denker, zoals iedereen weet, en toen hij laatst achter elkaar drie boeken had gelezen, begon hij onmiddellijk te denken. Hij dacht niet zozeer aan die boeken als aan een interview dat veertig jaar geleden Geerten Gossaert is afgenomen. Deze had toen over een kloof gesproken en Nord, ook als geograaf onvermoeibaar, probeerde een andere plaats op de landkaart te vinden voor die kloof.
Ik kan hem als filosoof niet helemaal volgen, maar zijn dramatische aardrijkskunde is prachtig, Wat is er gebeurd? Jan Spierdijk en ik - bien étonnés - zijn hand in hand in zijn kloof gesprongen.
Ziehier hoe dat beroerde obstakel eruit ziet: ‘Dat is de “kloof” tussen kunstenaar en maatschappij, onderwerp van zovele conferenties en taboe voor alle dictaturen. Die kloof is gezond, zal dieper zijn en breder in bepaalde structuren dan in andere, maar heeft bestaansrecht. Het is een kloof die uitdaagt tot energie en creativiteit omdat zij overwonnen moet worden, als elk gevaar.’
Aan zo'n kloof hebben wij ons gewaagd, waarde Spierdijk, aan die gezonde kloof met bestaansrecht, dieper en breder in bepaalde structuren dan in andere (onbepaalde) en nog uitdagend ook? Ik weet niet wat jij doet, maar ik loop voortaan een straatje om.
P.J. Risseeuw, een christen, is door mijn boek allerminst geschokt. Hij heeft, naar hij zijn lezers meedeelt, voor de verklaring van het begrip ‘masochisme’ genoeg aan Prisma's Vreemde Woordenboek (4e druk) en trouwens: ‘wat kunnen auteurs als Kossmann ons na de bijbel nog voor nieuws vertellen over het menselijk tekort? Bitter weinig.’ Hij heeft gelijk, het sado-masochisme is in de bijbel en het christendom duidelijk aanwijsbaar, en de christenen zijn daar terecht gelukkig mee.
Ik ben blij met deze reacties. Er blijkt een grondige kennis uit van mijn werk en van mijn persoon. En ik ben blij dat ikzelf zo nu en dan óók mag recenseren. En ik hoop dat ik, al recenserend, nog eens voor een auteur kan gaan betekenen wat Hans Warren voor mij betekent. De masochist in mij is nauwelijks beangstigend. Wat een opluchting! Ook voor mijn vrouw, die de roede liever spaart.