Tentoonstellingen
In het Prinsenhof te delft is de twaalfde ‘Oude kunst- en antiekbeurs’ geopend die tot 15 september zal duren. Ongetwijfeld zal deze beurs, evenals de elf vorigen, weer duizenden kostbare zaken bevatten ter waarde van zo'n tien miljoen (met dergelijke cijfers werkt men daar). Het Delftse museum puilt ook meestal uit van de spullen der Nederlandse antiquairs, en het blijkt steeds weer overtuigend dat lang niet al het ‘goede goed’ naar de oliepaleizen van Texas verdwijnt.
‘Vorm en kleur in beeldhouwwerken uit Afrika en Oceanië’ is de titel van de interessante tentoonstelling die (tot 5 september) in het Rijksmuseum Kröller Müller op de hoge veluwe wordt gehouden en waar men voor de zoveelste maal krijgt aangetoond dat een niet onbelangrijk deel van de twintigste eeuwse Europese kunst (Picasso e.a.) niet zo maar uit de Europese lucht is komen vallen. ‘Tuinen, parken en bloemen in de grafiek’ vindt men vervolgens in het rotterdamse museum Boymans-Van Beuningen, tot 18 september, ter ere van de Floriade. In ruim honderd prenten wordt hier een aardig overzicht gegeven van de geschiedenis van de tuinkunst van de 15e eeuw tot heden (bladen van o.a. Bruegel, Vredeman de Vries, Piranesi, de Moucheron en Teyler). Een goede indruk van het verloop der Vlaamse schilderkunst, van 1850 tot 1950 krijgt men vervolgens in het Singermuseum te laren (tot 1 september). Men treft er werken van mensen als De Braekeleer, Jacob Smits, Frits van den Berghe, Van de Woestijne, De Smet, Permeke, Ensor, en Opsomer maar ook van veel obscure figuren. Veel wat onbekend is maar, zoals thans blijkt, toch de moeite waard, komt hier tenslotte aan zijn trek.
De fraaie, in deze rubriek reeds enkele malen vermelde Van Goyen-tentoonstelling is inmiddels overgebracht van Leiden naar arnhem; tot 26 september blijft zij daar in het Gemeentemuseum. De expositie van Duitse Expressionisten in het Gemeentemuseum van den haag duurt nog tot 5 september, de zomertentoonstelling in het Rijksmuseum te amsterdam, ‘Gedrukt in Nederland’, tot de 12de, ‘De drie leeftijden’ in het Stedelijk Museum nog tot 19 september. Een op deze plaats nog niet eerder genoemde tentoonstelling is dan tenslotte ‘Naalden wekten wonderen’ (borduurkunst der late middeleeuwen in de Nederlanden), die tot 25 september te zien is in het amsterdamse Museum Fodor. Een ongewone collectie - men vindt er onder anderen kussenovertrekken, dalmatieken, antependia, kazuifels, koorkappen, en ter aanvulling, een reeks schilderijen en prenten van Jacob Cornelisz., de meester van Alkmaar en Cornelis Engebrechtsz.