Correspondentie van de redactie met de abonnés
De redactrice van de Holl: Lelie brengt ter kennis van de lezers van dit Blad, dat zij géén manuscripten of brieven, haar naar aanleiding der redactie-aangelegenheden toegezonden door niet-abonnés, kan beantwoorden langs particulieren weg. De correspondentie in dit Blad dient zoowel tot de beantwoording van brieven, als tot de mededeelingen betreffende aangenomen en geweigerde bijdragen, en zij, die zelve geen abonné of abonnée zijn, kunnen dus niet verwachten langs een anderen dan den correspondentie-weg te worden beantwoord. Wanneer zij door leesgezelschap, kring, of samen-lezen, of op welke wijze dan ook, gelegenheid kunnen vinden de correspondentie-rubriek te volgen, dan is de redactrice bereid hen dáárin te beantwoorden.
Op dezen regel wordt voortaan géén uitzondering meer gemaakt, en afzonderlijke nummers, correspondentie-antwoorden aan niet-abonné's behelzend, worden niet meer toegezonden.
Alle brieven moeten, om in de d.a.v. week omgaand te kunnen worden beantwoord, uiterlijk Zaterdag-ochtend in mijn bezit zijn.
Redactrice.
P.S. Het spreekt vanzelf, dat deze regel alleen geldt voor eerstbeginnenden, èn voor briefschrijvers, die in de corr:-rubriek thuisbehooren.
L. de Poorter, den Haag. - Uit Uw adresseering blijkt voldoende dat gij geen Lelie-lezer(es) zijt, waar gij Uw vraag richt tot den uitgever, die Uw brief natuurlijk aan mij doorzond. Vandaar dat ik Uw beantwoord met Uw voluitadres, opdat een Uwer bekenden U meedeelt dat gij zijt beantwoord. Neen, de aangeboden gedichtjes wensch ik niet ter inzage. Die persoon, die ze ‘tamelijk goed vindt’, moet liever zelf trachten ze ergens onderdak te brengen; wij hebben meer dan genoeg copy van dien aard. Vergun mij U te zeggen dat dergelijke personen, die Uw dochtertje zulke vage dingen wijsmaken, op haren jongen leeftijd, haar tien tegen een van den wal in de sloot helpen. Laat zij veel liever flink wandelen, en overigens leeren een goede huisvrouw te worden, in plaats van reeds nu ‘tamelijk goede gedichtjes’ te fabriceeren. Zulk een ‘wonderkind’ is gewoonlijk op haar vijf-en-twintigste jaar zenuwziek.
O.Th. van V. - Gedichten van anderen kan ik niet herdrukken in de Lelie. Uw proza-werk wordt gaarne geplaatst.
J.T.G. - Ik hoop dat ik Uw ps: juist spel? Inderdaad wil ik gaarne nog iets uit Uwen bundel overnemen. Maar misschien wilt gijzelve dan wel een paar verzen voor mij overschrijven tot dat doel? Want ik heb op het oogenblik mijne boeken reeds gedeeltelijk ingepakt wegens onze aanstaande verhuizing. Het doet mij goed wat gij schrijft over onze vrouwelijke behoefte aan liefdegeven: ‘Er is immers niets heerlijkers dan anderen met onze liefde gelukkig te maken.’ Zoo ook voel ik het. En het is zeer waar wat gij schrijft, dat vele vrouwen dit niet eenmaal willen erkennen in haar verdord egoïsme. - Over de Engelschen denken we natuurlijk geheel gelijk; inderdaad teekent het hun aard dat ze ‘ik’ schrijven met een hoofdletter ‘I’. Ge kent zeker ook de spotternij op den Engelschen bluf, dat over het Britsche Rijk de zon nooit ondergaat? Aan een Engelschman, die zich hierop te goede deed, antwoordde een Duitscher: ‘Natuurlijk, God kan de Engelschen dag noch nacht uit Zijn oogen laten; Hij moet dus wel zorgen dat Zijn licht hen steeds beschijnt, anders voeren ze steeds iets uit dat niet in den haak is.’ Met dat al beäam ik Uw begeerte naar vrede, hoe dan ook, ten volle. Vriendelijk dank voor Uw lief schrijven.
Onno. - Ik heb van U twee bijdragen ontvangen, die beide worden geplaatst. Gelukkig dat ik betere tijding hoor van Uw patiënte.
Febr: II. - Dank voor Uw bijdrage. Gij ontvangt de proef. - 't Leven waarvan gij spreekt heeft ook mij wel dikwijls aangetrokken, maar ik geloof dat het in ons land niet heel bevredigend zal zijn, naar al wat men ervan hoort. Vriendelijke groeten.
W.S. - Ik neem de onderteekening Uwer ged:. Van de Lelie kan ik geen ex: zenden; dit moet worden aangevraagd bij den uitgever.
Mevr: J.S. - Denkt U toch niet dat ik ‘boos’ ben. Het valt mij niet in dat te zijn. Zoo gauw ben ik niet ‘boos’. Vriendelijke groeten.
H.v.H.S. - Zooals gij ziet is reeds voldaan aan Uw wensch. Vriendelijk dank voor Uw gelukwenschen.
C.B. - B. - Uw gedichtjes zijn nog te onvolkomen van vorm om voor den druk geschikt te zijn.
John. - Vriendelijk dank voor Uw schrijven. De gedichtjes nam ik aan.
F.A.E.W. - Ik kan U onmogelijk particulier antwoorden. Al Uw bijdragen krijgen een beurt, maar niet altijd volgens volgorde.
v/d. H., den Haag. - Zendt s.v.p. niet méér gedichtjes. Ik heb voldoende copy in dat opzicht.
Thelma. - Uw bijdrage nam ik aan als feuilleton.
ANNA DE SAVORNIN LOHMAN.
Sluiting Red: Ged.