geboorte van haar werd gezegd: ‘'t is maar een meisje.’
Als een dochter geboren wordt, moet het worden:
‘Godlof, dat we een meisje hebben.’
Doch nu is ze nog: eene afhankelijke, eene ondergeschikte, eene rentelooze, eene niets beteekenende nul, die alleen beteekenis krijgt door een man met huwelijk.
Wat wonder, wat natuurlijker, dan dat èn opvoeding èn invloed èn omgeving, alles aangewend werd, dit meisje te leeren behagen, ijdeltuiten, veinzen, zich opdirken, zich in allerlei bochten wringen, om toch maar een man machtig te worden; dit beteekende voor haar: brood, huis, plaats, geborgen zijn.
Wat wonder dat het meisje een zotte modepop werd, niets hooger bejagende dan een man te verstrikken.
Een jonge man uit den hoogeren stand, een saletjonker, hoe denkt die over de vrouw? Wel, met een air de dédain strijkt hij zijn kneveltje eens op, bij dit niet op te lossen probleem: ‘mais, c'est la femme’, maar vindt zoo'n ‘femme’, als hij 't eens zichzelf in ernst zou afvragen, zoo'n mengelmoes van onbetrouwbaarheid, coquetterie, wispelturigheid en raadselachtigheid, dat hij instinctmatig maar liefst zoo ver mogelijk van haar verwijderd blijft.
En de man van de straat zegt:
‘'t Is maar een meid!!!’
In zijn oogen een wezen, dat er alleen is voor zijn pleizier.
Vrouwen en meisjes gevoelt ge niet hierbij het schaamrood uwe wangen bedekken door zoo grove beleediging?
Waaraan, aan wie de schuld, dat deze vernederende beschouwing over de vrouw nog steeds loopende munt is??
Aan de zich noemende Christelijke Kerk, aan den zoogenaamden Christelijken Godsdienst, zooals deze is samengesteld door de heerschzuchtige en eigengerechtigde mannen.
De leer van Jezus heeft hieraan geen schuld, nergens heeft Jezus één woord geuit om de dienstbaarheid der vrouw te leeren; leest Lucas 10:40, 41 en 42; Marcus 12:25. Zelfs in het O.T. vindt men in Genesis 1:26 in het eerste Scheppingsverhaal de gelijkwaardigheid van man en vrouw beiden zeer bepaald uitgedrukt.
Aan de zoogen. Christelijke Kerk de groote schuld, dat de menschheid nog geen schrede heeft kunnen naderen tot het Rijk des Vredes van onzen Heiland Jezus Christus. Zij predikt leugen, zij predikt grof mannen-egoïsme, zij galmt over liefde en vrede, de schijnheilige, doch in waarheid vernedert, verguist en hoont zij de mede-Beelddraagster Gods, en daarom heeft zij belet dat de Christenheid geen stap heeft kunnen naderen tot het Rijk van Vrede-Reinheid-Liefde, tot het Rijk van Christus.
Verheft U vrouwen en meisjes, weest fier op Uw vrouwzijn, gevoelt Uwe groote waarde en werpt van U dat leugen-schijngedoe.
Weest Uzelf. Volgt Jezus, neemt in U op Zijn reinigende, heiligende leer en gij zult U gevoelen als herboren.
Houdt aan Hem en aan Hem alleen en gij zult worden Priesteressen des Vredes. -
Vrouwen en meisjes, gaat werken, duizendmaal liever dan U op te pronken voor den man, die er U om uitlacht. Gaat de wereld in, vormt uwe gedachten en uw oordeel duizendmaal liever dan uw tijd te verbeuzelen, zotte modes na te apen en U als gekkinnen aan te stellen, alles voor den man, die er U om minacht.
Wat bejaagt ge toch met het tegenwoordige huwelijk?
Denkt ge, dat dit U één grein zal geven, van wat ge U bergen denkt?
IJdelen waan! (Kijkt om U heen, waar zijn de gelukkige huwelijken?)
Dat kan niet, want gij huwt uw heerscher en gij zijt zijn dienares.
Hij neemt van U: uw geld, uw goed, uwe krachten, uw lijf, uw ziel, hij buit u uit voor zijne moordende geslachtelijke lusten.
Er zijn uitzonderingen, maar tallooze vrouwen hebben mij bij monde van hun bleeke lippen en met lichtbestorven oogen toevertrouwd: ‘als wij geweten hadden wat het huwelijk is, dan waren wij nooit getrouwd.
- Dit zijn Christelijke huwelijken met Christen-mannen. -
Ten hemel schreien die arme vermoorde vrouwenzielen. De mannenslachting is gruwelijk wreed, maar veel gruwzamer wreeder is de vrouwenslachting: de mannen verliezen hun leven, doch de vrouwen hun ziel.
In de afbeulende menschonteerende vrouwenmisbruiking sterft in haar al wat vrouwelijk is en goed, en met haar ten ondergaan sterft meteen het Ideaal der menschheid.
Dit moet begrepen worden!!
Het is lichter zijn leven te verliezen, dan verminkt te worden voor tijd en eeuwigheid.
Frissche meisjes, mooie wezentjes, als geschapen tot vreugde en zonneschijn, tooit u op, buigt u in allerlei vormen, behangt u