- - ‘Ja, 't is zoo. - - Je raadt het al hé! - - Ik kòn niet langer alleen zijn. - - - Ik moest me zelve - - - - dat genot, dat ik nu ken,...... geven.’ - -
Dan, wild, hartstochtelijk, ratelt ze door: - - - -
‘Je kent het immers niet. - - Hoe wil je er dan over oordeelen! - - Ik bèn nu eenmaal zoo. - - Duizende vrouwen zijn zoo. - - Ik heb dat noodig. Nu ik 't eenmaal ken, heb ik dat noodig. - - Waarom zal ik 't dan niet nemen, als het me geboden wordt! - - Denk je dat ik, na mijn “val”, nog terug behoef te komen in den Haag, dat iemand dáár me nog goed-genoeg zal achten om zijn wettige vrouw te worden! - - Neen immers! - Om m'n geld me trouwen, jawel, zóó genadig is misschien nog wel de een of de ander, die, - om van mijn geld mooi weer te kunnen spelen, - me daarvoor genadig “rehabiliteert”. Maar, daarvoor dank ik. Duizendmaal liever ben ik eene vrije, onafhankelijke “gevallene”, dan zoo'n quasifatsoenlijke huwelijks-slavin. Merci. Merci! - - - Ik wil mijn leven uitleven. - Ik heb er recht op. - - -’
Ze heeft me getroond in een verborgen hoekje van de Casino-tuinen, in een van die wonderbare hoekjes, waarvan het is alsof de zinnenbedwelming er loodzwaar hangt. - - - Ik krijg een gevoel bij hare woorden alsof ik moet weenen, bitter, bitter weenen ineens, - - omdat ik zoo alleen ben - - zoo alleen. - - -
Hier, in dit vreugde-land, heeft immers iedereen elkaar lief, fatsoenlijk of onfatsoenlijk, wettig of onwettig, dat doet er niet toe - - hier is de liefde gebieder, de liefde in alle vormen. - - -
Hier weet men niet van de trouw die eeuwig is, - niet van de banden die niet kunnen scheuren zonder litteekens na te laten voor altijd. - - Hier doodt de bekoring van het heden de herinnering aan het gisteren. -
Hier behoort eene als Dolly is thuis - - maar niet ik, - ik die inwendig ben verteerd door den hartstochtgloed die in mij brandde voor dien eenen.....
‘Ik ga weg - - Dolly’ - - zeg ik. - - ‘Ik ben hier gekomen om van je afscheid te nemen. - - -’
- - - Zij begrijpt niet. Mijn toonlooze stem, mijn strakke woorden, zijn voor haar, in haar zich weten een uitgestootene voortaan, als zoovele striemende zweepslagen. En, grel-oplachend valt ze heesch uit, opstaand reeds:
‘O, vergeef me dat ik je heb durven besmetten met mijn onreine tegenwoordigheid, 't Is wáár ook, iemand die het breede pad bewandelt, eene zooals ik nu ben....’
Er is een wereld van verbittering, hoon, haat, alles tegelijk in die woorden: ‘eene zooals ik nu ben.’ - - -
En ik trek haar terug naast me op de bank: ‘Dolly, Dolly, luister toch. - - Hoe kan je zoo bekrompen van me denken! - - Ik veroordeel je niet. - - Al kan ik je niet navoelen. - Ik ga niet heen om jou. - - Maar eenvoudig, omdat ik geen geld meer heb - alleen daarom, omdat ik geen geld meer heb. - -’
Als een schrille dissonant klinkt die prozaïsche bekentenis door dit aardsch paradijs, waarin iedereen geld heeft, of althans leeft alsof hij 't heeft. - - Je hoort de auto's fluiten, ziet de lichte toiletten door de boomen, drinkt in de geur van de fijnste cigaretten. - - De casino-tuinen bieden alles wat de verfijndste smaak van aanleg zich kan droomen - er is geen onkruidje in de bloemperken - - geen paadje is er dat niet is onderhouden tot in de volmaaktheid. - -
Alles is hier verguld, óók de armoede. Wie geen geld meer heeft om zelfs dat verguldsel te betalen die wordt tot een dissonant. Dat voel ik; daarom vind ik het zoo heel natuurlijk dat ik nu heenga. - -
- - - Ineens is Dolly een en al medelijden, wil me, in hare goedhartigheid, haar eigen beurs ter vervoeging stellen voorloopig. - - -
Alsof dat helpen zou! - -
't Zou immers mijn strijd straks, te eeniger tijd, nog verzwaren. - -
Hoe eer hoe beter in een geval als dit! - -
Maar het aanbod is zoo echt lief van haar, zoo ècht onberedeneerd-lief. - -
En, terwijl ik naar huis tram, philosopheer ik erover hoe het toch komen zou dat deugdzame, brave, solide menschen meestal zoo berekenend en hard en egoïst handelen, terwijl lichtzinnige, wufte, zinnelijke naturen daarentegen dikwijls uitmunten door goedhartigheid en hulpvaardigheid en medelijden. - - -
(Wordt vervolgd.)