De Hollandsche Lelie. Jaargang 26(1912-1913)– [tijdschrift] Hollandsche Lelie, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Impressie. Als eenmaal 't Leven heengevloden En 't ziel-loos lichaam, roerloos, koud, Na aardschen weg van lach en smarte Daar ligt in hoog verheven rust... Dan daalt er troost - want ònbewust Omhuift ons Vrede door den Dood, Als 't marmer-kleed gebeeldhouwd is Voor eeuw'ge, ónverstoorb're rust. Daar staan we dan.... in plechtig zwijgen En zie! in stillen eerbeid nijgt Zich 't hoofd - in 't bijzijn van den Dood, 't Mysterie - waar we stil voor staan. Toch zal de fijn-besnaarde ziele Te fijner nu het wonder voelen, Want door het sneeuw-blank ziele-kleed Ziet zij, wat hier mysterie heet. ANNIE NAUTA. Juli 1912. Vorige Volgende