De Hollandsche Lelie. Jaargang 25(1911-1912)– [tijdschrift] Hollandsche Lelie, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Moederleed. Ziet! hoe de moeder neergebogen De schuld draagt van 't verdoolde kind, Beschaamd omlaag haar droeve oogen, Toch, wat de wereld zeggen moge, Haar hart is vol van mededogen Met 't kind, dat zij als moeder mint. Al is het verre weggetogen Voor moeders liefde schijnbaar blind, Heeft het 't mooist in haar bedrogen, Leek moeders invloed wreede logen, Die toch elk kinderharte bindt, Ziet moeder torsend neergebogen, Door schuldenlast van 't eigen kind. Och, dat het eenmaal keeren moge In doff' omfloerste moederoogen Zijn aandeel aan dien weemoed vind' In 't droef gelaat naar hem gebogen Toch liefde leest nog voor haar kind, Dat dan zijn kinderhart bewogen Plots voelt hoe het haar heeft bedrogen, Dat 't dan beschaamd, het hoofd gebogen Niet waard zich voelend moeders kind, Zijn lang begraven zelf hervind'. WIM KOLLE. Vorige Volgende