kruis naast hem. Aldus zien we hem meermalen bij Garrucci: Storia dell' arte christiana. De gelijkheid van het lam met Agni werd toen zoo volkomen gevoeld, dat op een der bas-reliefs der St.-Severinuskerk, het lam, dragende een kruis op het hoofd, waarachter de zonneschijf is geplaatst tusschen personen, die het evangelie vasthouden. Tot de 6e eeuw wordt het vaak afgebeeld liggende op het evangelie [het boek, dat de leer van Agni bevat]. Op den sarcophaag van Junius Bassus uit de 4e eeuw ziet men het lam de wonderen doen, aan Jezus toegeschreven, o.a. de opwekking van Lazarus en de vermeerdering der brooden. Aan 't eind der 6e eeuw schildert men niet Christus, doch het lam met een bloedende zijwond, als had zich het lam en niet Christus opgeofferd. Op meerdere mozaïeken uit dien tijd staat het lam, dragend het kruis, op een troon, terwijl het bloed uit zijn zijde met een straal neerdaalt in een kelk. Een christelijke sarcophaag van Lucas van Béarn vertoont ons een graflegging van Christus, doch in het graf ligt een lam. -
Christus aan het Kruis. Toen de oorsprong der christelijke legende meer bekend werd, bemerkte men een verkeerden weg te zijn ingeslagen. Het is duidelijk, dat de symbolieke voorstelling van Agni als lam, gevolg was van een woordspeling. Agni, de vleeschgeworden zoon van Sawistri, was en kon geen ander zijn dan Jezus Christus. Dat zag men duidelijk.
De achting voor de vedische legende, in het evangelie tot nieuwen vorm gekomen, eischte het indentiek-zijn van Jezus en Agni,.... ergo, het lam moest geleidelijk door den mensch-Jezus worden vervangen.
Hoe geleidelijk dit gedaan werd blijkt uit de wijze, waarop Jezus voor de helft eerst werd gekoppeld aan het halve lam, n.l. het hoofd van het lam werd vervangen door het geheele bovenlijf van Christus, in handen dragende het kruis, op de wijze der sphinx, der syrenen en centauren.
Jezus dus niet meer naast het lam, doch beiden tot één vereenigd. Op een aantal christelijke lampen is dit zinnebeeld te vinden. Later verdween het lam, kromp tevens het bovenlijf van Christus in, en zag men slechts diens hoofd, bekroond door een kruis, precies zooals vroeger het kruis werd gezet boven op het hoofd van het lam. Een sarcophaag van Arles uit de 4e eeuw doet ons dit zien. Dit gebruik, om de mystieke teekenen van godheden en priesters boven hun hoofd te plaatsen, was zeer oud. Ook volgens de Openb. v. Joh. worden de dienstknechten Gods verzegeld aan hunne voorhoofden, om kenbaar te zijn. Zachtjes aan komt de zonneschijf van het schapenhoofd ook achter het Christushoofd. In de 5e eeuw is dit reeds duidelijk, zooals men ziet in een mozaïek der graftombe van Gallia Placidia te Ravenna. Daar zien we de volle figuur van Jezus, een langen kruisstaf in de hand, de zonneschijf achter het hoofd. Leg daarnaast nu een gelijktijdige munt der heidensche keizerin Eudoxia of een oudere waarop Jupiter voorkomt, beiden eveneens ten voeten uit, een kruisstaf in de hand, de zonneschijf achter het hoofd.
Op een hostiebus uit de 6e eeuw ziet men Christus nog eenvoudig het kruis in de hand houden. Later waagde men, op het kruispunt van het kruis het hoofd van Christus te zetten, dus op de plek, waar Agni ontstond, waar het lam gestaan had. Deze voorstelling vindt men op een metalen phiola te Monza, en in de volgende eeuw op een mozaïek van den koorboog der Apollinaris-kerk te Ravenna.
Toen aldus de geloovigen waren voorbereid voor de nieuwe symboliek, gelastte een decreet van het Concilie van Konstantinopel [692] de afbeelding van het geheele lichaam van Christus in de plaats van het lam. Niettegenstaande dit bevel ging men voort alleen het hoofd van Jezus op het kruis te plaatsen, zooals een byzantijnsche munt uit de 8e eeuw, een geëmailleerd kruis in 't Vatikaan en een miniatuur der 9e eeuw in de Bibliothèque nationale te Parijs bewijzen. Eindelijk drong het besluit, nog eens aangevuld door paus Hadrianus I, door - men bekleedde Jezus met een ruime tunica en breidde zegenend zijn armen uit. Het lam lag aan zijn voeten, om niet ineens te breken met de gewoonte [9e eeuw]. In strijd met elk verbod blijft het lam voorkomen.
Op een evangelieboek van Karel den Groote ziet men het lam in de Zonneschijf, staande op het evangelie. Op een evangelie der 9e eeuw, een italiaansch beeldhouwwerk der 10e eeuw en een koperen plaat der 11e eeuw komt het lam voor als kruisdrager.
Het muntkabinet te Parijs bezit een muntstuk uit Klein-Azië uit de 12e eeuw, waarop nog het hoofd van een lam voorkomt, geplaatst op het kruispunt van het kruis.
In Frankrijk zag men geen kans het lam te doen verdwijnen, tot Guillaume Durand,